Lekkagetest uitvoeren en isoleren
Voordat u de installatie voltooit (met het isoleren van de slang en leidingen) moet u controleren op gaslekkage. Als geen
gaslekkage wordt gemeten, kunt u de leidingen en slangen isoleren.
Lekkagetest
Gebruik een gasdetector om de verbindingsstukken van de leidingen te controleren op gaslekkage.
Isolatiemateriaal
De isolatie van de koelleiding selecteren
Zie de dikte van het isolatiemateriaal voor het isoleren van de gas- en vloeistofleiding.
De standaardtemperatuur- en luchtvochtigheidsvoorwaarde is 30 °C bij een luchtvochtigheid van minder dan 85 %. Bij een
hoge luchtvochtigheid moet u dikker materiaal gebruiken.
Leiding
Leidingdiameter (mm)
Ø 6,35~Ø 9,52
Vloeistofleiding
Ø 12,70~Ø 19,05
Gasleiding
Ø 9,52 ~ Ø 28,58
1. Voorkom problemen met condensatie door alle leidingen te omwikkelen met
hittebestendig polyethyleenschuim.
- Zorg ervoor dat de opening van de isolatie aan de bovenkant zit.
2. Omwikkel de koelmiddelleidingen en afvoerleidingen met isolatie.
20
Gaszijde
Vloeistofzijde
Dikte van de isolatie [koeling, verwarming (mm)]
Standaard [30 °C, 85 %]
Ø 6,35
Hoge vochtigheidsgraad
[30 °C, 85 % of meer]
EPDM, NBR
9
13
13
19
DVM Hydro-
unit / Hydro-
Bevestig stevig zonder tussenliggende openingen.
Gaszijde
Vloeistofzijde
Opmerkingen
9
Moet bestand zijn tegen
13
temperaturen van meer
19
dan 120 °C
25
Geen opening
Isolatiemateriaal
Hittebestendig
polyethyleenschuim
Isolatiemateriaal
unit HT
Breng de isolatie zodanig aan
dat deze telkens wordt overlapt