Functie voor energie besparen gebruiken
Volg de onderstaande procedure om de functie voor energie besparen te gebruiken.
1.
Zorg dat het apparaat is ingeschakeld.
2. Selecteer
ECO-instellingen (ECO settings) op het HOME-scherm.
LCD en bedieningspaneel
3. Selecteer
Energiebesparingsinstellingen (Energy saving settings) en druk
vervolgens op de knop OK.
4. Gebruik de knop
instelling te wijzigen en bevestig de selectie vervolgens met de knop OK.
1. Automatisch uit (Auto power off)
Hiermee geeft u op na hoeveel tijd het apparaat automatisch moet worden uitgeschakeld
wanneer gedurende een bepaalde periode geen bewerkingen worden uitgevoerd of geen
afdrukgegevens naar het apparaat zijn gestuurd.
Opmerking
• De instelling voor automatisch uitschakelen kan in de volgende omstandigheden niet worden
opgegeven.
• Wanneer u het apparaat via een netwerk gebruikt en de netwerkverbinding is
ingeschakeld
Hier kunt u de status van de verbinding van de Lijst instellingen draadl. LAN (WLAN
setting list) controleren in LAN-instellingen bevestigen (Confirm LAN settings) bij
LAN-instellingen (LAN settings).
• Wanneer Beschrijfbaar van USB-pc (Writable from USB PC) of Beschrijfbaar van
LAN-pc (Writable from LAN PC) is geselecteerd voor Lees-/schrijfkenmerk (Read/
write attribute) onder Gebruikersinstellingen apparaat (Device user settings).
2. Automatisch aan (Auto power on)
Als u AAN (ON) selecteert, kan het apparaat automatisch worden ingeschakeld wanneer een
scanopdracht van een computer of afdrukgegevens naar het apparaat worden gestuurd.
om het instellingsitem te wijzigen, gebruik de knop
236
om de