BELANGRIJK: Hoe u kunt voorkomen dat er geen alarmen
worden afgegeven
•
Alarmen werken alleen als ze op AAN zijn gezet en u ervoor zorgt
dat de afstand tussen u en de scanner constant binnen de 6 meter
(20 ft) blijft . De sensor zelf geeft geen alarmen af .
•
Als de sensor niet communiceert met de scanner, worden er geen
glucosealarmen afgegeven, waardoor u er niet opmerkzaam
op wordt gemaakt wanneer er in die periode een lage of hoge
glucosewaarde wordt gemeten . Als de sensor niet communiceert
met de scanner, wordt op het beginscherm het symbool
weergegeven . Zorg ervoor dat het alarm voor signaalverlies
aanstaat, zodat u er opmerkzaam op wordt gemaakt als de sensor
langer dan 20 minuten niet met de scanner heeft gecommuniceerd .
•
Zorg ervoor dat geluid en/of trilling van de scanner is
ingeschakeld en dat de scanner bij u in de buurt is . Als een alarm
is ingeschakeld wordt op het beginscherm de instelling voor
geluid/trilling aangegeven:
33
Geluid en trilling AAN
Geluid AAN, trilling UIT
Geluid UIT, trilling AAN
Geluid en trilling UIT