6. Aansluiten bronsysteem
6.1. Luchtkanalen aansluiten
ä
Let op!
De luchtkanalen moeten voldoen aan de voorschriften zoals
beschreven in Eisen bronsysteem op pagina 9. Neem voor meer
informatie contact op met Itho Daalderop.
Zo kort mogelijk kanaalwerk en zo min mogelijk bochten.
Aansluiting op de Vincent, de dakdoorvoer of doorvoer dient met
thermisch, dampdichte geïsoleerde en vochtbestendige metalen
spiralobuis of hulpstukken met een inwendige diameter van Ø250
mm te worden uitgevoerd. (Let op flexibele ontkoppeling)
Voor flexibele ontkoppeling, tussen de starre aansluitingen op
Vincent, dakdoorvoer en doorvoer de voorgeschreven Panflex
geïsoleerde WTW luchtslang toepassen (Panflex artikelnummer
301.250.10.01 of 301.250.03.01).
De minimale isolatiedikte van de luchtkanalen is situatie-
afhankelijk. Voor het bepalen van de isolatiedikte moet rekening
gehouden worden met de opstelling (hybride of all-electric) alsook
de luchtvochtigheid en temperatuur in de installatieruimte. Bij
hybride opstelling dient er minimaal rekening gehouden te worden
met -10°C luchttemperatuur en bij een all-electric opstelling met
-15°C luchttemperatuur in het kanaal.
Het is belangrijk dat de isolatiewaarde van de luchtkanalen in
overeenstemming zijn met de temperatuur en luchtvochtigheid in
de technische ruimte.
Onderstaand twee voorbeelden:
Voorbeeld 1: een maximale temperatuur van 18°C en relatieve
luchtvochtigheid van 55%
Hybride = minimaal 9mm* isolatiedikte (b.v. Thermoduct of R-vent)
All-electric = minimaal 13mm* isolatiedikte (b.v. R-vent)
Voorbeeld 2: een maximale temperatuur van 18°C en relatieve
luchtvochtigheid van 65%
Hybride = minimaal 14mm* isolatiedikte
All-electric = minimaal 19mm* isolatiedikte
*Indien de omgevingstemperatuur en/of luchtvochtigheid van de
installatieruimte toeneemt dient er een grotere isolatiedikte
toegepast te worden.
Gebruik dampdichte glad (geperste) bochten/hulpstukken.
Bij aansluiten van de mechanische ventilatie op het
luchttoevoerkanaal van de Vincent, ook het T-stuk richting de
mechanische ventilatie minimaal 30 cm thermisch en dampdicht
34
isoleren en de mechanische ventilatie richting de woning aansluiten
d.m.v. een geluiddemper.
Voorgeschreven Itho Daalderop dakdoorvoer (Zie paragraaf Vincent
toebehoren op pagina 21 ) toepassen, de aanzuig-/afblaasrichting
zoveel als mogelijk richting de eigen woning houden.
Houd rekening met de voorgeschreven lengte van het
●
luchttoevoer- en afvoersysteem (inclusief dakdoorvoer):
maximaal 64 m rekenlengte.
Houd rekening met de maximaal toegestane totale drukval in
●
het luchttoevoer- en afvoersysteem (inclusief dakdoorvoer):
maximaal 75 Pa bij een volumedebiet van 750 m³/h.
REKENLENGTE COMPONENTEN
Stalen spiralo buis Ø 250 mm
Componenten
Rekenlengte
1 meter recht
1
45° bocht
2
90° bocht
3
T-stuk
1
Dakdoorvoer
38
Totale rekenlengte in meters (m)
Het luchttoevoerkanaal kan op twee manieren op de warmtepomp
worden aangesloten:
1. Alleen buitenlucht
Het luchttoevoerkanaal
wordt vanaf de
dakaansluiting rechtstreeks
op de warmtepomp
aangesloten.
*Bij aansluiten van de mechanische ventilatie op het luchttoevoerkanaal van
de Vincent, ook het T-stuk richting de mechanische ventilatie minimaal 30
cm thermisch en dampdicht isoleren en de mechanische ventilatie
richting de woning aansluiten d.m.v. geluiddemper.
Aantal
Subtotaal
x
=
x
=
x
=
x
=
x
=
=
2. Buitenlucht + ventilatielucht
Het luchttoevoerkanaal wordt
vanaf de dakaansluiting via
een T-stuk op de
warmtepomp aangesloten.*