Inhoudsopgave
Advertenties
a) Duw het ene uiteinde van de condensslang in het ronde gat over
de aansluiting van de afvoer (8).
b) Sluit het andere uiteinde van de condensslang aan op de open
verbinding naar het riool.
c) Sluit het uiteinde van de condensslang aan op een
openverbinding met het riool. De condensafvoerslang mag niet
in een watersl;ot hangen.
Opmerking
Beluchte condensafvoer aansluiting van Ø 40 mm (De Vincent
warmtepomp is voorzien van een waterslot).
5.2. Hydraulische leidingen vullen/ontluchten
ä
Let op!
De warmtepomp mag pas in bedrijf worden gesteld als het
systeem volledig is ontlucht.
5.2.1. Cv-leidingen (bij)vullen en ontluchten
a) Steek de stekker van de warmtepomp in de wandcontactdoos.
Het led-lampje op het bedieningspaneel gaat aan.
b) Laat het cv-toestel voldoende afkoelen.
c) Haal de stekker van het cv-toestel uit de wandcontactdoos.
d) Controleer of de waterdruk in de cv-installatie tussen de 1,5 en
2 bar is. Zo niet: vul de cv-installatie bij tot ongeveer 2 bar.
e) Ontlucht alle radiatoren. Begin bij het laagste punt en eindig bij
het hoogste punt.
f)
Ontlucht het expansievat. Volg de instructies van de fabrikant
van het expansievat.
g) Ontlucht de vloerverwarming. Volg de instructies van de
fabrikant van de vloerverwarming.
h) De lucht uit Vincent wordt via de automatische ontluchter
afgevoerd.
i)
Steek de stekker van het cv-toestel weer in de
wandcontactdoos.
j)
Ga door met het inbedrijfstellen van de warmtepomp. Zie
Vincent Warmtepomp in bedrijf stellen.
Opmerking
Bij een nieuw geplaatste cv-installatie dient de installatie
gespoeld te worden en daarna op druk te worden gezet.
Vervolgens dient de installatie ontlucht te worden en op de juiste
druk te worden gezet.
33
Advertenties
Inhoudsopgave
