AFBEELDING 1
1A.
KNOP: Gebruik om handvatten van operator vast
te draaien.
1B.
H A N D VAT T E N : D e o p e r a t o r k a n d e z e
vasthouden.
1C.
URENTELLER: Registreert bedrijfsuren van
motor.
1D.
BRANDSTOFDOP: Vul brandstoftank langs hier.
1E.
WATERTHERMOMETER: Water / glycol is het
koelmiddel. Controleert de temperatuur van
het koelmiddel van de motor. Maximale veilige
temperatuur is 220°F (104°C).
1F.
REGELKLEP MOTOR: Controleert n/min van
motor. Druk op rode knop om te ontgrendelen.
Duw in om n/min te verlagen. Trek uit om n/min te
verhogen. Of draai naar rechts om n/min te
verhogen. Draai naar links om n/min te verlagen.
1G.
TACHOMETER MOTOR: Toont n/min van de
motor en de uren.
1H.
STARTSCHAKELAAR MOTOR: Start en stop de
motor met deze schakelaar. Verwarmt de motor
vóór gebruik.
1I.
VOLTAGEMETER: Toont de voltage van het
elektrische systeem.
1J.
AFSTELSCHAKELAAR AS: Schakelaar die de
achteraandrijfas afstelt. Duw de schakelaar naar
rechts om de zaag naar rechts te doen werken.
Duw naar links om de zaag naar links te doen
werken.
80
1K.
R O D E P A L M S C H A K E L A A R : Vo o r e e n
NOODSTOP van de zaag. Stopt alle systemen
behalve de lampen. Trek naar OMHOOG om
terug te stellen. Gebruik niet voor een normale
stopzetting.
1L.
VEILIGHEIDSSCHAKELAAR WATER: Stopt de
motor als de watertoevoer naar het blad onderbroken
wordt. Instellen om schakelaar te activeren.
1M. STOPSCHAKELAAR BLADDIEPTE: Activeert of
heft de dieptestop op voor herhaalde insnijdingen
met dezelfde diepte.
1N.
L U C H T F I LT E R I N D I C ATO R : O n d e r h o u d
luchtfilterelementen wanneer de indicator rood is.
Stel terug voordat u de motor start.
1O.
HENDEL VOOR SNELHEIDSCONTROLE:
Controleert de voorwaartse en achterwaartse richting,
de stopzetting en de snelheid van de zaag.
1P.
SCHAKELAAR OMHOOG/OMLAAG: Bevindt zich
op de hendel voor de snelheidscontrole. Gebruik
om de zaag omhoog of omlaag te brengen. Duw
naar omhoog om zaag op te heffen. Duw naar
omlaag om zaag te doen zakken.
1Q.
INDICATOR BLADDIEPTE: Geeft diepte van
insnijding weer. Stelt diepte van insnijding in voor
STOP BLADDIEPTE.
1R.
INSTELGRENDEL HANDVAT: Draai naar rechts
om handvat in positie te vergrendelen. Draai naar
links om handvat te ontgrendelen en de positie te
wijzigen.
1S.
WATERINVOER: Sluit aan op de tuinslang van
3/4" voor een toevoer van fris water.
1T.
WATERVENTIEL: Controleert de snelheid van de
waterstroom om het blad af te koelen.
1U.
SNELHEIDSCONTROLEKNOP NEERZAKKEN
ZAAG: Draai knop naar rechts om neerzaksnelheid te
verlagen. Draai knop naar links om neerzaksnelheid
te verhogen.
1V.
SCHAKELAAR BLADKOPPELING: Koppelt
bladaandrijving. Lamp geeft aan of koppeling actief
is. Koppel alleen bij een motorsnelheid van 1.200
omwentelingen per minuut of minder.
1W. LAMPJE OLIEDRUK: Gaat branden wanneer
de druk van de motorolie laag is en wanneer de
contactsleutel aangeschakeld is met de motor uit.
1X.
KIJKGLAS BRANDSTOFNIVEAU: Toont het
brandstofniveau in de brandstoftank.
1Y.
OVERLOOPVAT RADIATORKOELMIDDEL:
Vangt radiatorkoelmiddel op wanneer motor heet
is. Zou voor 1/4 gevuld moeten zijn wanneer de
motor uit en koel is.