Instellen van de code voor vaste
audio/video-apparatuur (vervolg)
5
Voer de viercijferige code voor het
betreffende apparaat in en druk
op de ENT toets in het
tiptoetsenpaneel op het scherm.
Voorbeeld: Om "8086" in te voeren
Voer "8," "0," "8," "6," in en druk op
"ENT".
Als u op de CLEAR toets drukt
tijdens het invoeren van cijfers
Ingevoerde cijfers worden
geannuleerd. Het vooraf ingestelde
viercijferige componentcodenummer
verschijnt en de cursor keert terug
naar het eerste cijfer.
Wanneer de code met succes is
ingesteld
De gekozen componentnaam, de
vooringestelde viercijferige
componentcode en "OK" lichten op
terwijl er een pieptoon weerklinkt.
Het display keert vervolgens terug
naar stap 3.
6
Als u nog een code voor een
ander apparaat wilt invoeren,
herhaalt u de stappen 4 en 5.
7
Druk op de COMMANDER OFF
toets.
COMMANDER
OFF
14
Als u de COMMANDER OFF toets
langer dan 2 seconden ingedrukt
houdt
Dan schakelt de afstandsbediening
uit.
Als u de COMMANDER OFF toets
minder dan 2 seconden ingedrukt
houdt
Dan keert de afstandsbediening terug
naar de vorige instelstand.
Opmerkingen
• Als u een codenummer invoert dat niet
voorkomt in de bijgeleverde lijst met
"Componentcodenummers", laat de
afstandsbediening na het indrukken van de
ENT toets vijf pieptonen horen en gaat de
aanduiding "NG" knipperen. Er wordt dan
teruggekeerd naar de vorige instelling. In dit
geval controleert u het
componentcodenummer en probeert u het
opnieuw.
• Als het invoeren wordt onderbroken en er
verstrijken meer dan twee minuten tussen
twee stappen, dan vervalt de instelprocedure.
Dan zult u voor het invoeren van de code
opnieuw op de % dempingstoets moeten
drukken terwijl u de COMMANDER OFF
toets ingedrukt houdt.
• Het eerste cijfer van het
componentcodenummer slaat op het type
component (TV, videorecorder, enz). De
component die overeenkomt met het
viercijferige componentcodenummer wordt
ingesteld in stap 5. Als u een component
instelt van een ander type dan voorheen was
ingesteld onder de componentkeuzetoets of
de Label-toets, kunt u indien nodig de
componentnamen op de Mode Display-toets
of de Label-toetsen wijzigen (pagina 79).
• Wanneer u een componentcode voorinstelt
nadat u tekens hebt ingevoerd voor de Mode
Display-toets (pagina 24) of de Label-toetsen
(pagina 23), worden die gewist en keert het
originele display terug. Wijzig de tekens
nadat u de component hebt gekozen door een
code voorin te stellen.