Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Oppervlak; Functie-Fit - Cma VinciLab Datalogger 001 Gebruikershandleiding

Inhoudsopgave

Advertenties

Tik
om het dialoogvenster weer af te sluiten.

12.6. Oppervlak

De functie Oppervlak wordt gebruikt om de oppervlakte tussen de grafiek, de
horizontale as en twee grenslijnen te bepalen.
Bepalen van een oppervlak
Tip: zoom in het Diagramvenster van te voren al in.
Selecteer Analyse/Verwerking >Oppervlak.
Selecteer in de linker bovenhoek in het
rolmenu de grafiek waarin u een
oppervlak wilt bepalen.
Het diagram toont twee grenslijnen
waartussen het oppervlak wordt
berekend. Schuif de grenslijnen naar de
gewenste positie, of typ de x-waarden
van de grenslijn in in de Begin en Eind
velden.
Gebruik – en + knoppen om de grenzen nauwkeurig in te stellen.
Lees het oppervlak weergegeven in het veld Oppervlak af. U kunt de waarde van
het oppervlak naar het klembord kopiëren door
Tik
om het dialoogvenster weer af te sluiten

12.7. Functie-fit

De functie Functiefit levert een procedure
om de data in een grafiek met een
standaard mathematische functie te
benaderen. U kunt uit een groot aantal
functietypen kiezen. De coëfficiënten van
de
fit
worden
kwadratenmethode bepaald. Het fitten kan
automatisch of handmatig.
Bepaling van een functie-fit
Selecteer Analyse/Verwerking > Functie-fit.
Selecteer in het rolmenu linksboven de grootheid welke u wilt fitten.
Selecteer in het volgende rolmenu het functietype dat gebruikt moet worden
Voor volautomatische bepaling:
- tik
, Coach schat vanzelf de beste startwaarden voor de parameters van de
functie; in sommige gevallen is dit meteen het optimale eindresultaat.
- tik
om de fit-waarden te verfijnen.
Om handmatig de fit bij te stellen:
42 | VinciLab Handleiding
met
de
kleinste
te tikken.

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave