C. Bediening
BELANGRIJKE VEILIGHEIDSWAARSCHUWING!
Laat de maaier niet zonder toezicht werken als u weet
dat er huisdieren, kinderen of mensen in de buurt
zijn. Maai nooit terwijl mensen (vooral kinderen) of
huisdieren in de buurt zijn.
1. Gebruik de maaier niet wanneer een veiligheidsvoorziening
of een onderdeel beschadigd, versleten of defect is.
2. Houd handen en voeten uit de buurt van het mes en andere
bewegende onderdelen.
3. Zet de veiligheidsschakelaar altijd uit voor u de maaier optilt
of afstellingen uitvoert.
4. Til de maaier nooit op en draag hem nooit terwijl de motor
werkt.
5. Raak de messen niet aan voor ze volledig tot stilstand zijn
gekomen.
6. Gebruik de maaier niet voor een ander doel dan het maaien
van het gazon.
7. Laat alle beveiligingen, schermen, veiligheidsvoorzieningen
en sensoren op hun plaats. Herstel of vervang beschadigde
onderdelen, inclusief de veiligheidsstickers.
8. Programmeer de wekelijkse maaibeurten op momenten
waarop niemand op het gras is.
9. Sluit een beschadigd stroomsnoer niet aan op het stopcontact
en raak het niet aan voor de stekker uit het stopcontact is
genomen, om een elektrische schok te voorkomen.
10. Houd het verlengsnoer weg van het mes, zodat de maaier
het niet beschadigt. Een beschadigd stroomsnoer kan een
elektrische schok veroorzaken.
5