6. N
azicht en onderhoud
Vooraleer eender welke interventie uit te voeren moet u de stroomtoevoer onderbreken via
de hoofdschakelaar op de wand en de toevoerklep voor brandstof sluiten.
D
e ketel en brander zijn minstens één keer per jaar te
controleren en hebben ook minstens één keer per jaar of om
de 1500 werkingsuren een algemeen onderhoud nodig.
Hetonderhoudvandeketeldientdooreenbekwaamtechnicus
te gebeuren.
6 - 1 Algemeen nazicht
• De toevoerkring voor brandstof op de ketel controleren
tijdens de werking.
• Het uitzicht van de vlam controleren.
6 - 2 Periodiek nazicht
• De waterdruk in de installatie nagaan op de manometer
(minimaal 0,8 bar in koude toestand).
• Controleren of er wel voldoende water is door te ontluchten:
u moet slechts zeer uitzonderlijk water bijvullen; indien u
regelmatig moet bijvullen moet u het eventuele lek opsporen
of beroep doen op de installateur.
Opgepast:eenaanzienlijkehoeveelheidkoudwaterbijvullen
in een warme ketel kan de ketel beschadigen.
Ref.: CH - 833 - A
6 - 3 Schoonmaken van het
ketellichaam
W
te schakelen om deze te vegen. De connector van de brander
loskoppelen.
V
Toegang tot het branderdeurtje zie § 4.1
• De keteldeur openen door de vergrendelingsschroeven
te lossen (zie onderstaand schema).
• De leiding en de koppeling verwijderen.
• De wanden van de verbrandingskamer schoonmaken en
eventuele resten van roet en vaste deeltjes verwijderen.
WANNEER HET VEGEN BEËINDIGD IS:
• DE LEIDING EN DE KOPPELING CORRECT
TERUGPLAATSEN
• HET BRANDERDEURTJE HERMETISCH SLUITEN.
v
• De reglementering legt 1 veegbeurt per jaar op.
Na deze handelingen moet u er zeker van zijn dat alles weer
goed afgedicht is voordat u de installatie weer in werking
zet.
Vergrendelingsschroef
Veegborstel
32
ij raden aan de ketel bij zacht weer enkele uren uit
egen van de ketel:
egen van de schouw:
Vlamgeleider en verbindingsstuk
Keteldeur
(omkeerbaar)