Inhoudsopgave
Advertenties
Montagehandleiding
7.8.4
Montage van de riemspanner
Let op! Risico op schade door ongewenst loskomen!
Gebruik alleen de door HIWIN meegeleverde schroeven! De sterkteklassen,
schroefdraadlengtes en coatings tegen losraken zijn precies afgestemd op de eisen van de
as!
De spanschroeven van de riemspanners mogen maximaal vijf keer worden nagespannen!
Schuif de tandriem [6] zijwaarts in de riemspanner en centreer hem in de riemspanner. Zorg
ervoor dat alle tanden van de riemspanner aangrijpen.
Schuif de klemplaten [3] op de rug van de tandriem in de riemspanner. Draai de
stelschroeven [2] handvast aan totdat de klemplaten niet meer zijwaarts kunnen worden
bewogen. Zorg ervoor dat de uiteinden van de stelschroeven in de centreergaten van de
klemplaten grijpen.
Afb. 7.36: Montage van de getande riem in de riemspanner
Schuif de spanschroef [1] in het boorgat in de riemspanner en voer beide riemspanners in
de daarvoor bestemde schachten in de eindplaten.
Schroef beide riemspanners vast totdat de schroefkoppen van de spanschroeven aan beide
zijden volledig in het venster van de eindplaat induiken.
7.8.5
Afstellen van de voorspanning van de tandriem
Stel de afstandsmaat van de eindplaatrand tot de rand van de behuizing van het
aandrijfblok in op 100 mm volgens Afb. 7.37.
Gebruik de spanschroef [1] in de riemspanner om de voorspanning van de tandriem te
verhogen tot de riempartfrequentie is ingesteld volgens Tabel 7.7. Daartoe meet u de
frequentie met een riemspanningsmeter over de rug van de tandriem. Neem de
gebruiksaanwijzing van de gebruikte riemspanningsmeter in acht.
Afb. 7.37: Voorspannen van de tandriem
HM-B, HT-B, HC-B, HD, HS
HMB_HTB_HCB_HD_HS-01-6-NL-2306-MA
Onderhoud en reiniging
pag. 131 van 192
Advertenties
Inhoudsopgave
