Gebruik
Bedieningselementen
Het Infotainmentsysteem wordt
bediend met behulp van functietoet‐
sen, een knop MENU-TUNE en
menu's op het display.
Keuzen worden ingevoerd via het
bedieningspaneel op het Infotain‐
mentsysteem 3 68.
Of deze kunnen via de audiobedie‐
ningselementen op het stuur worden
gemaakt 3 68.
Het Infotainmentsysteem in- of
uitschakelen
Druk kortstondig op X VOL. Na het
inschakelen wordt de laatst geselec‐
teerde Infotainmentbron actief.
Druk opnieuw op X VOL om het
systeem uit te schakelen.
Automatisch uitschakelen
Wanneer u het Infotainmentsysteem,
terwijl het contact uitgeschakeld is,
met behulp van X VOL inschakelt,
dan wordt het 10 minuten na de laat‐
ste invoer automatisch weer uitge‐
schakeld.
Volume instellen
Draai m VOL. De actuele instelling
verschijnt op het display.
Bij het inschakelen van het Infotain‐
mentsysteem wordt automatisch het
laatst geselecteerde volume inge‐
steld mits deze instelling het maxi‐
male volume bij het starten niet over‐
schrijdt (zie onderstaand).
U kunt het volgende afzonderlijk
invoeren:
● het maximale inschakelvolume
3 77
● het volume van verkeersberich‐
ten 3 77
Voor snelheid gecompenseerd
volume
Na inschakelen van het voor snelheid
gecompenseerd volume 3 77 wordt
het volume automatisch zodanig
aangepast dat u geen geluid van het
wegdek of van de rijwind hoort.
Inleiding
Mutefunctie
Druk op y / @ of @ (als telefoonportaal
beschikbaar is: enkele seconden
indrukken) om de audiobronnen te
dempen.
Mutefunctie annuleren: draai m VOL
of druk opnieuw op y / @ of @ (indien
telefoonportaal beschikbaar: enkele
seconden indrukken).
Volumebeperking bij hoge
temperaturen
Bij erg hoge temperaturen binnen de
auto beperkt het infotainmentsys‐
teem het maximaal instelbare
volume. Indien nodig wordt het maxi‐
male volume automatisch verlaagd.
Bedieningsstanden
Radio
Druk op RADIO om het radiohoofd‐
menu te openen of te wisselen tussen
de verschillende frequentiebereiken.
Druk op MENU-TUNE om naar de
frequentiebereikmenu's met opties
voor zenderselectie te gaan.
Zie voor een gedetailleerde beschrij‐
ving van de radiofuncties 3 79.
73