IPSec (Internet Protocol Security) ondersteunen
Het IP Security-protocol zorgt voor verificatie en codering van communicatie in de netwerklaag, waardoor alle toepassingen en
netwerkcommunicatie die via het IP-protocol lopen, zijn beveiligd. IPSec kan worden ingesteld tussen de MFP en maximaal vijf
hosts, waarbij zowel IPv4 als IPv6 wordt gebruikt. Als u IPSec via de EWS wilt configureren, gaat u als volgt te werk:
1
Open een webbrowser. Typ op de adresregel het IP-adres van de MFP die u wilt configureren. Gebruik hiervoor
de volgende indeling: http://ip_adres/.
2
Klik op Configuratie.
3
Klik in Overige instellingen op Netwerk/poorten.
4
Klik op IPSec.
De volgende twee typen verificatie worden ondersteund voor IPSec:
•
Gedeelde sleutel voor verificatie: Elke ASCII-woordgroep die wordt gebruikt door alle deelnemende hosts. Dit is
de eenvoudigste manier om te configureren wanneer slechts een paar hosts op het netwerk IPSec gebruiken.
•
Certificaatverificatie: Zorgt ervoor dat elke host of subnet van hosts kan verifiëren voor IPSec. Voor elke host
moet er een openbare sleutel en een persoonlijke sleutel zijn. Certificaat van peer valideren is standaard
ingeschakeld, en vereist een getekend certificaat voor elke host. Het Certificate Authority-certificaat dient te zijn
geïnstalleerd. Elke host moet een identifier hebben in de Naam van alternatief onderwerp van het getekende
certificaat.
Opmerking: nadat een MFP is geconfigureerd voor IPSec met een host, is IPSec nodig voor elke vorm van
IP-communicatie.
5
Geef voor elk sub-item de voor de netwerkomgeving benodigde instelling op.
6
Klik op Indienen.
Poorten en protocollen uitschakelen
U kunt de TCP- en UDP-poorten configureren naar een van de volgende drie modi of waarden:
•
Uitgeschakeld: er worden nooit netwerkverbindingen via deze poort toegestaan
•
Beveiligd en onbeveiligd: de poort blijft open, zelfs in de Beveiligingsmodus
•
Alleen Onbeveiligd: zorgt ervoor dat de poort alleen open gaat als de MFP niet in de Beveiligingsmodus staat
Opmerking: u dient een wachtwoord in te stellen om de Beveiligingsmodus in te schakelen. Wanneer de modus
eenmaal actief is, worden alleen de poorten geopend die zijn ingesteld op Beveiligd en onbeveiligd.
Als u de modus voor TCP- en UDP-poorten wilt configureren vanuit de EWS, gaat u als volgt te werk:
1
Open een webbrowser. Typ op de adresregel het IP-adres van de MFP die u wilt configureren. Gebruik hiervoor
de volgende indeling: http://ip_adres/.
2
Klik op Configuratie.
3
Klik in Overige instellingen op Netwerk/poorten.
4
Klik op Toegang via TCP/IP Poort.
5
Voor elke vermelde poort dient u de geschikte waarde te selecteren uit de zojuist beschreven lijst.
Opmerking: door het uitschakelen van de poorten zal de functie op de MFP worden uitgeschakeld.
6
Klik op Indienen.
Beheerdersondersteuning
De MFP configureren
96