BEDIENINGSSCHAKELAARS EN DISPLAY
4
2
3
10
11
9
1 LED-DISPLAY
De display kan worden gebruikt om de temperatuur, de
timer, foutcodes, enz. te controleren.
2 THERMOSTAATWERKING
Dit lampje is aan als de kachel in de
thermostaatwerkingsmodus staat.
3 TIMERWERKING
Dit lampje is aan als de kachel in de
timerwerkingsmodus staat.
4 ONTVANGER AFSTANDSBEDIENING
5 AAN/UIT-KNOP
Schakelt het vermogen van het toestel in en uit.
6 SELECTIE VAN DE MODUS
Deze knop wordt gebruikt om de gewenste
werkingsmodus te selecteren tussen
thermostaatwerking en timerwerking. Als u deze
modusknop 3 sec ingedrukt houdt, wordt de controller
vergrendeld. En als u opnieuw 3 sec ingedrukt houdt, is
de controller ontgrendeld.
7 PIJLTJESTOETSEN VOOR INSTELFUNCTIES
(VERHOGEN/VERLAGEN)
Deze knoppen worden gebruikt om de gewenste
temperatuur in te stellen en de lengte van de
verwarmingscyclus in te stellen.
8 WERKINGSLAMP
Dit lampje is aan als de brander in werking is.
9 UITSCHAKELTIMER
Deze knop activeert of deactiveert de
uitschakeltimerfunctie.
STRUCTUUR VAN DE KACHEL
6
7
10 INDICATORLAMPJE UITSCHAKELTIMER
Het lampje geeft aan of de uitschakeltimer al dan niet actief
is.
11 BRANDSTOFMETER
De kolom met drie lampjes geeft de resterende brandstof
aan.
12 CONTROLE-INDICATORLAMPJE
Dit indicatorlampje is aan als de brander defect is of tijdens
bedrijf is stilgevallen.
13 WIFI-INDICATORLAMPJE
Dit lampje is aan wanneer de wifi verbonden is. Als het wifi-
lampje één keer knippert, is wifi verbonden met een router,
maar niet met het internet. Als het wifi-lampje twee keer
knippert, is de kachel op zoek naar een wifi-netwerk.
14 BLUETOOTH-INDICATORLAMPJE
Dit indicatorlampje is aan wanneer de Bluethooth is
aangesloten. Als het Bluetooth-lampje knippert, zoekt het
naar een apparaat om verbinding mee te maken.
1
12
13
14
8
5
9