●
Leg
niet-afgeschermde
en afgeschermde leidingen (buskabels) op vol-
doende afstand (> 100 mm).
De warmtepompmodule met hydraulische
module, hydraulisch station of wandregelaar
verbinden.
De verbinding wordt tot stand gebracht via het toebe-
horen EVS 8 of EVS.
●
EVS 8: Last- en busstekker met 8 m lange kabel.
Er kunnen maximaal 3 EVS 8 worden verbonden
Montagehandleiding EVS 8
●
EVS: last- en busstekker.
Kabel door de opdrachtgever, maximale kabel-
lengte van 30 m.
De buskabel moet een afgeschermde kabel van
minimaal 4 x 0,5 mm² zijn.
Voor de lastkabel:
● Bij een apparaat van 12 kW een kabel à
5 x 2,5 mm² met aardkabel
● Bij een apparaat van 8 kW een kabel à
3 x 2,5 mm² met aardkabel
Montagehandleiding EVS
1.
Beide steekaansluitingen van de last- en buska-
bel naar de slots op de warmtepompmodule lei-
den.
2.
Aansluitingen in elkaar steken.
3.
Afdekking voor stekkerverbindingen monteren.
Technische wijzigingen voorbehouden | 83059100gNL – Vertaling van de originele gebruikershandleiding | ait-deutschland GmbH
elektriciteitsleidingen
8
Spoelen, vullen en ontluchten
8.1 Kwaliteit verwarmingswater
AANWIJZING
● Gedetailleerde informatie vindt u onder an-
dere in de (Duitse) VDI-richtlijn 2035 "Vo-
orkomen van schade in warmwaterver-
warmingsinstallaties"
● vereiste pH-waarde: 8,2 ... 10;
bij aluminium materialen:
pH-waarde: 8,2 ... 8,5
► Vul de installatie uitsluitend met gedemineralise-
erd verwarmingswater (VE-water) of met water
overeenkomstig VDI 2035-norm (zoutarme werk-
wijze van de installatie).
Voordelen van de zoutarme werkwijze:
●
geringe corrosieve eigenschappen
●
geen vorming van ketelsteen
●
ideaal voor gesloten verwarmingscircuits
●
ideale pH-waarde door zelfalkalisering na het vul-
len van de installatie
► Indien de benodigde waterkwaliteit niet kan
worden ingesteld, de hulp van een vakbedri-
jf inroepen, dat zich in de behandeling van ver-
warmingswater gespecialiseerd heeft.
► Bewaar een installatieboek bij voor warmwater-
verwarmingsinstallaties met de relevante plan-
ningsgegevens (VDI 2035).
8.2 Verwarmingscircuit spoelen,
vullen en ontluchten
De afvoerleiding van de veiligheidsklep is aange-
sloten.
► Let erop dat de drempeldruk van de veiligheids-
klep niet wordt overschreden.
AANWIJZING
Ter ondersteuning van de spoel- en ontluch-
tingsprocedure kan ook het ontluchtingspro-
gramma van de regelaar genomen worden.
Door het ontluchtingsprogramma is het mo-
gelijk om afzonderlijke circulatiepompen en
ook de omschakelklep aan te sturen. De de-
montage van de klepmotor is dan niet nood-
zakelijk.
1.
Trek de beugelstift aan de onderzijde van de klep-
motor uit.
13