Advertenties
BEDRIJFSMODI
S S k k i i m m o o d d u u s s ( ( i i n n d d i i e e n n a a a a n n w w e e z z i i g g ) )
Met de skimodus kunt u de lancerin-
gen telkens herhaald en precies rege-
len en een ingestelde treksnelheid
aanhouden, speciaal voor het trekken
van een skiër of wakeboarder.
O O P P M M E E R R K K I I N N G G : : Er is een GPS-sig-
naal nodig om de skifunctie op het in-
strumentenbord te laten verschijnen.
Om een geschikt GPS-signaal te ver-
krijgen, wordt aangeraden het vaar-
tuig buiten te zetten.
F F u u n n c c t t i i e e G G E E L L E E I I D D E E L L I I J J K K E E T T O O E E N N A A M M E E
De
functie
GELEIDELIJKE
NAME is een voorgeprogrammeerde
instelling die dient om de waterscooter
te lanceren en te laten versnellen.
GELEIDELIJKE TOENAME 1 biedt:
– Traagste lancering (vlotste)
– Traagste acceleratie
GELEIDELIJKE TOENAME 5 biedt:
– Snelste lancering
– Snelste acceleratie
F F u u n n c c t t i i e e D D O O E E L L S S N N E E L L H H E E I I D D
Met de functie DOELSNELHEID be-
perkt u de maximale treksnelheid.
Zodra
een
GELEIDELIJKE
NAME is gekozen verschijnt op de nu-
merieke
display
doelsnelheid van de waterscooter
voor die GELEIDELIJKE TOENAME.
De bestuurder kan de doelsnelheid
verhogen of verlagen naar een waar-
de die binnen het snelheidsbereik van
de gekozen GELEIDELIJKE TOE-
NAME ligt.
S S k k i i m m o o d d u u s s g g e e b b r r u u i i k k e e n n
De MODE-knop indrukken om de
SKI-modus te kiezen.
Alleen
modellen
toetsenpanelen
106
TOE-
TOE-
een
gemiddelde
met
1. De knop OK indrukken wanneer
SKI-pictogram knippert.
2. Selecteer de geleidelijke toename
voor ski met de pijlen OMHOOG
en OMLAAG. Geleidelijke toe-
name 1 levert de traagste accele-
ratie op.
O O P P M M E E R R K K I I N N G G : :
De geleidelijke toename van de acce-
leratie gedraagt zich wellicht anders
afhankelijk van het voertuigtype, de
voertuigbelasting en de omstandighe-
den op het water. Vanwege veilig-
heidsredenen moet u altijd beginnen
met geleidelijke toename nummer 1
om de skiër te laten wennen aan de
acceleratie; vervolgens kunt u de toe-
name zoals gewenst wijzigen.
3. Druk op OK of de pijl naar
RECHTS om de geleidelijke toe-
name
bevestigen.
4. Selecteer de maximale doelsnel-
heid met behulp van de pijl OMH-
OOG of OMLAAG.
5. Druk op OK of de pijl naar
RECHTS om te bevestigen.
O O P P M M E E R R K K I I N N G G : :
U kunt op elk moment de pijlknoppen
LINKS en RECHTS gebruiken om de
selectie van de geleidelijke toename
en de snelheid te wijzigen.
6. Na uw keuze en wanneer u klaar
bent, drukt u op OK om de functie
te activeren.
O O P P M M E E R R K K I I N N G G : :
De MODUS blijft actief en gereed tot
een andere rijmodus wordt gekozen.
S S k k i i m m o o d d u u s s d d e e a a c c t t i i v v e e r r e e n n
Om een skironde te beëindigen en de
skimodus volledig te deactiveren, laat
u de gas helemaal los naar stationair
en drukt dan op de MODE-knop
2
(modus).
van
de
acceleratie
te
Advertenties
