16
De bijbehorende loc stuurt u nu zoals ge-
bruikelijk met de overeenkomstige rijrege-
laar aan.
loclijst
Toevoegen van een loc
Plaats een nieuwe loc op het program-
meerspoor. De Commander herkent de loc
en er wordt een venster „Treinmelding"
geopend. Hier kunt u nu de locgegevens
aanmaken resp. bewerken.
Een vingertip op het overeenkomstige
schakelvlak opent een menu waarin u alle
data van de loc en de decoder (adres,
digitaal formaat, naam, foto, rijgedrag,...)
kunt instellen. Meer informatie hierover
treft u aan in het hoofdstuk „loc-editor" op
pagina 20.
Loc kiezen
Druk op de locfoto van de gewenste
rijregelaar. Er verschijnt een lijst van op-
geslagen locs. Met de navigatieknop kunt
u de gewenste sublijst kiezen en er
doorheen bladeren. De gekozen loc wordt
telkens met rood aangegeven.
Druk op de locbeschrijving en neem deze
zo over naar de rijregelaar.
U kunt max. acht locs onder handbereik
houden. Kies hiertoe de displaymode
„Locomotieven". Een vingertip op de
snelheidsmeter is genoeg om snel tussen
de locs heen en weer te schakelen.
Korte handleiding