Kampmann montage- en installatiehandleiding – UniLine luchtgordijn
10.1 UniLine AC, uitvoering elektromechanisch (*00)
Regelingsvarianten
Het verleggen van kabels en de elektrische aansluiting zijn afhankelijk van
de gebruikte regelingsaccessoires. Overeenkomstige aansluitschema's zijn bij
de apparaten gevoegd.
Omschrijving van de schakeling:
De netspanning wordt bij het luchtgordijn op de geïntegreerde trafo
geschakeld.
De vijf uitgaande spanningen van de trafo worden aangesloten op de
standenschakelaar.
Het gewenste toerental (= spanningsstand) wordt via het voetcontact van
de schakelaar doorgeschakeld naar de ventilatoren.
Het verwarmingsventiel (indien aanwezig) wordt door een apart contact
van 230 V geopend resp. gesloten.
Breng als u Kampmann standenschakelaars gebruikt, een draadbrug aan op
de standenschakelaar volgens de tabel!
Regelingsvariant
5-standen schakelaar opbouw
5-standen schakelaar inbouw
5-standen zomer-/winterschakelaar opbouw
5-standen zomer-/winterschakelaar inbouw
Parallel gebruik
Er kunnen maximaal twee luchtgordijnen via een cascademodule,
type 100906, parallel worden geschakeld. Door nog meer cascademodules
te gebruiken kunnen de groepen worden uitgebreid. Het aantal benodigde
cascademodules is zodoende afhankelijk van het aantal parallel geregelde
luchtgordijnen en kan uit de volgende tabel worden afgeleid.
Aantal cascademodules bij parallel gebruik van
luchtgordijnapparaten (maximaal 10 stuks)
Aantal cascademodules bij toegepaste
regeling standenschakelaars
Elektrische aansluiting | UniLine AC, uitvoering elektromechanisch (*00)
Type
Draadbrug
100925
100926
klem 10 – klem 12
100928
100929
Aantal Tandem-luchtgordijnen
Parallelschakeling (voor- en warmeluchtgordijn)
1
2
3
4
5
6
0
1
2
2
3
3
21
7
8
9
10
4
4
5
5