De camera gebruiken
De camera activeren
•
Druk op
de telefoon is ingeschakeld.
Een foto maken
1
Activeer de camera en
gebruik
om de camera
te selecteren.
2
Druk
half in om
automatisch scherp te stellen.
3
Wanneer de punt en het focuskader
groen zijn, drukt u de knop helemaal
in om een foto te maken.
4
De foto wordt automatisch op
de geheugenkaart opgeslagen.
Kijk niet rechtstreeks met een vergrootglas
of vergelijkbaar instrument in de flitser
van de telefoon. Als u dat toch doet,
kunt u uw ogen beschadigen.
Neem nooit op met een sterke lichtbron
op de achtergrond. Plaats het onderwerp
in het focuskader. Gebruik een statief of
de zelfontspanner om wazige foto's te
vermijden.
Een videoclip opnemen
1
Activeer de camera en gebruik
om de videorecorder te
selecteren.
2
Druk
volledig in
om de opname te starten.
40
Beelden vastleggen
This is the Internet version of the User's guide. © Print only for private use.
wanneer
De opname stoppen
1
Druk op
.
2
De videoclip wordt automatisch
op de geheugenkaart opgeslagen.
De zoomfunctie gebruiken
•
Druk de volumetoetsen omhoog
of omlaag.
De helderheid aanpassen
•
Druk op
of
Meer mogelijkheden
van de camera
BestPic™ helpt u om het juiste moment
vast te leggen. Met Foto fix kunt u een
onderbelichte foto corrigeren.
BestPic™ gebruiken
1
Activeer de camera en gebruik
om de camera te selecteren.
2
Selecteer
>
Fotomodus
3
Druk
half in om automatisch
scherp te stellen.
4
Wanneer de punt en het focuskader
groen zijn, drukt u de knop helemaal
in om de foto te maken.
5
Selecteer
All.opsl.
of
om de beste foto te kiezen,
en selecteer
Opsl.
.
> BestPic™.
of druk op