Schakelbeschrijving KaCool W (*C1)
Alle KaCool W vereisen een voedingsspanning van 230 V/50 Hz.
In de fabriek gemonteerde actoren zijn op de klem aangesloten.
De gebruikte EC-ventilatoren worden via het toerental met een 0-10 V DC-signaal door de KaControl-regeling aange-
stuurd.
De interne motorelektronica detecteert een eventueel ontstane motorstoring en schakelt de ventilator automatisch uit.
Met de KaControl-regeling kunnen de EC-ventilator en de ventielstelaandrijving met één 0 – 10 V DC-signaal of met de
KaController worden aangestuurd.
6
2
1
Afb. 14: Klembezetting (*C1)
1
Voedingsspanning 230 V
Aansluiting KaController en stuurcontacten
3
5
DIP-schakelaar
Let op de volgende punten in de onderstaande aansluitschema's met KaControl regeling:
Let op de gegevens over types en aanleg van leidingen met inachtneming van VDE 0100.
Zonder *: NYM-J. Het noodzakelijke aantal aders incl. beschermgeleider is op de leiding aangegeven. Doorsneden zijn
niet aangegeven, omdat de leidinglengte in de berekening van de diameter wordt opgenomen.
Met *: J-Y(ST)Y 0,8mm. Uit de buurt van sterkstroomleidingen aanleggen.
Met **: UNITRONIC BUS LD 0,22 mm²; uit de buurt van krachtstroomleidingen aanleggen.
Bij gebruik van andere leidingtypes moeten deze ten minste gelijkwaardig zijn.
Lengte BUS-leiding ruimtebedieningsapparaat KaController naar apparaat 1: maximaal 30 m.
Maximaal aantal apparaten parallel: 6 stuks. Met voor elk apparaat vereist CANbus-kaarttype 3260301 (zie accessoires)
maximaal 30 stuks.
Kabellengte BUS-kabel van apparaat 1 naar het laatste apparaat maximaal 30 m. Met voor elk apparaat vereiste CAN-
bus-kaarttype 3260701 (zie accessoires) maximaal 500 m.
De aansluitklemmen van het apparaat voor de netvoedingskabel zijn geschikt voor een maximale aderdiameter van 2,5
mm².
Bij gebruik van aardlekschakelaars moeten deze minimaal mengfrequentiegevoelig (type F) zijn. Bij het ontwerp van de
ontwerplekstroom moet rekening worden gehouden met de voorschriften in DIN VDE 0100, Deel 400 en 500.
Bij het ontwerp van de bouwzijdige netvoeding en beveiliging moet met de elektrische gegevens rekening worden ge-
houden.
3
5
4
Montage-, installatie- en gebruikershandleiding
2
Stekkerplaats interfacekaart
Ventilator en ventielstelaandrijvingen
4
6
Optionele condensaatpomp
KaCool W
43