4.
Bevestig het apparaat aan de muur.
LET OP
De vrije ruimte naar de wand dient voor de ventilatie
en mag niet worden afgedicht of afgesloten.
5.
Leg de kabelgoten op een afstand van ten minste
2 cm van het apparaat.
► Aan de binnenzijde van de frontkap bevindt zich
een omtrekgroef (①). Vergrendel de frontkap aan
de groef in de tong (②) op het achterpaneel.
1
2
10
6
Montage hydraulisch systeem
LET OP
Vuil en afzettingen in het (bestaande) hydraulische
systeem kunnen leiden tot schade aan de warmte-
pomp.
► Zorg ervoor dat er een slibvang in het hydrauli-
sche systeem gemonteerd is.
► Spoel het hydraulische systeem voor de hydrauli-
sche aansluiting van de warmtepomp goed door.
LET OP
Beschadiging van de koperen leidingen door ontoe-
laatbare belasting!
► Beveilig alle aansluitingen tegen verdraaiing.
De diameters en lengtes van de buizen van het
verwarmingscircuit zijn voldoende gedimensio-
neerd. Houd hierbij ook rekening met de aansluit-
leidingen tussen warmtepomp en hydraulische mo-
dule
De vrije opvoerhoogte van de circulatiepomp
brengt ten minste de voor dit apparaattype ver-
eiste minimale doorstroomhoeveelheid op (zie
"Vrije opvoerhoogte", pagina 22).
► Voer alle hydraulische aansluitleidingen als vas-
te leidingen uit en bevestig ze op een afstand van
max. 20 cm van het midden van de betreffen-
de apparaataansluiting via een vast punt aan de
muur of het plafond.
► Op het hoogste punt van het verwarmingscircuit
een ontluchter aanbrengen.
► Frontkap verwijderen.
Technische wijzigingen voorbehouden | 83059200iNL | ait-deutschland GmbH