Inhoudsopgave
Advertenties
Beschikbare talen
Beschikbare talen
Inspectie van de batterij
Inspectie elektrolytniveau
Tijdens het gebruik neemt de hoeveelheid elektrolyt van de batterij af door verdamping. Het normale
elektrolytniveau ligt tussen de ondergrens (LOWER LEVEL) lijn en de bovengrens (UPPPER LEVEL)
lijn. Bij batterijen zonder waterpaslijn is het niveau normaal wanneer het elektrolytoppervlak zich op 10
tot 15 mm boven de elektrodeplaat bevindt.Als het niveau
onvoldoende is, verwijder de dop en voeg gedestilleerd water
toe.
Specifieke dichtheid inspectie (op basis van de behoefte)
Tijdens een koude periode en in andere omstandigheden,
wanneer de temperatuur laag wordt, neemt de capaciteit van de
batterij af. Controleer het soortelijk gewicht van de batterij en
probeer de batterij te allen tijde volledig opgeladen te houden.
Specifieke dichtheid (at 20 ° C)
1.26 of meer, en tot 1.28
1.22 of meer, en minder dan1.26
minder dan 1.22
Voorzorgsmaatregelen contact batterijen
Om handen, ogen en gezicht te beschermen, draag handschoenen, een veiligheidsbril en -hoed.
Vermijd enig contact met het zuur. Als de elektrolyt van de batterij in contact komt met het oog, de
huid of de kleding, spoel deze dan onmiddellijk af met water.
Als de elektrolyt in contact komt met de ogen, spoel onmiddelijk met water en raadpleeg een oogarts.
De batterij produceert brandbaar waterstofgas en er bestaat explosiegevaar. Zorg ervoor dat u de
batterij oplaadt op een goed geventileerde plaats.
Vervanging van de motorolie en -filter
Vervanging van motorolie en oliefilterpatroon
1. Bij het vervangen, laat de olie dan eerst gedurende ca. 10
minuten opwarmen.
2. Verwijder de aftapplug(onder de motor) en laat de olie
weglopen.
3. Gebruik de filtersleutel om de cartridge te verwijderen.
4. Breng een beetje olie aan op de O-ring en maak deze dan
goed vast.
Plaats de aftapplug goed vast en vul vervolgens de motorolie tot het aangegeven niveau.
5.
Start de motor, laat die enkele minuten stationair draaien en controleer vervolgens op olielekkage.
6.
Na het stoppen van de motor controleer het oliepeil met behulp van de niveaumeter en vul bij
indien nodig.
- Voer deze inspectie uit op een vlakke ondergrond.
- Voorkom bij het tanken het binnendringen van
andere stoffen in de brandstoftank.
status
behandeling
Goed
doorgaans goed
Opladen
niet goed
Opladen
！
opgelet
oliepeilmeter
91
(12 Periodiek onderhoud)
-
aftapplug
vulpoort
Advertenties
Hoofdstukken
Inhoudsopgave
