(3 veiligheidsonderdelen)
- Wijzig niets aan de machine. Maak ook geen veiligheidsonderdelen los.
- Enige wijziging aan de machine kan schade toebrengen aan de machine en kan leiden tot
defecten, incidenten, ernstige verwondingen of, in het slechtste geval, een dodelijk ongeval.
1. Lijst van veiligheidsonderdelen
1. Noodstop
(1) Noodstop (rode drukknop)
De hoogwerken is uitgerust met een noodstop (rode drukknop) terug te vinden op zowel de beneden-
als bovenbediening.
Het duwen op de noodstop stopt onmiddellijk de motor alsook alle handelingen.
(2) Touwschakelaar
Indien de machine operator vast raak te zitten tussen twee objecten en aan het touw trekt als een
gevolg hiervan, zal de motor onmiddellijk gestopt worden, alsook alle handelingen. De
stroomvoorziening wordt hersteld door de motorstartschakelaar op "stop" te zetten.
2. Dodemansknop
Dit veiligheidsmechanisme voorkomt incorrecte bedieningen van de machine ten gevolge van
onbedoeld activeren van schakelaars door de operator van de machine.
Indien men de prioriteitsschakelaar (benedenbediening) of de voetpedaal (bovenbediening) ingedrukt
houdt, blijft alles geactiveerd. Indien er geen enkele operatie plaatsvindt met ingedrukte voetpedaal
gedurende 20 seconden, worden alle handelingen gedeactiveerd en gaat het systeemalarm af. In dit
geval volstaat het om de pedaal opnieuw in te drukken, om alle handelingen opnieuw te activeren.
3. Gebruik joystick zonder indrukken voetpedaal
Als bescherming tegen onjuiste handeling door een bediening in het bovenste gedeelte, bv. wanneer
een joystick of een schakelaar is ingeschakeld voordat de voetschakelaar wordt ingedrukt, gebeurt
niets. Breng in dat geval de hendel of schakelaar terug naar de neutrale positie, druk eerst de
voetschakelaar in en bedien vervolgens de joystick of schakelaar.
4. Voorkomen van storingen bij het starten van de motor
Om de motor te starten vanuit de kooi, druk op de startknop zonder de voetpedaal in te drukken.
5. Haken van veiligheidsharnas
De personen in de kooi moeten een veiligheidsharnas met riem dragen, dat conform is aan de van
kracht zijnde wetgeving. Maak de riem vast aan het aangegeven ankerpunt voor valbeveiliging dat in de
kooi voorzien is.
6. Claxon
Luid de claxon om personen in de nabije omgeving van de machine te waarschuwen.
7. Blokkeerpen
Tijdens transport van de machine, maak de draaitafel vast aan het transportatievoertuig om te
voorkomen dat de draaitafel ronddraait.
!
waarschuwing
32