Onderhoud riemen
Riem van wisselstroomdy-
namo controleren
Onderhoudsinterval: Om de 100 bedrijfsuren
Na de eerste 10 bedrijfsuren
1. Open de motorkap en zet vast met de steunstang.
2. Controleer de spanning van de riem door
deze (Figuur 57) midden tussen poelies van de
wisselstroomdynamo en de krukas in te drukken met
een kracht van 10 kg.
Figuur 57
1. Wisselstroomdynamo
2. Bout
De riem moet een speling van 11 mm hebben Als
de speling niet correct is, gaat u verder met stap.
Indien de speling correct is, gaat u verder met uw
werkzaamheden
3. Draai de bout los waarmee de beugel aan de
alternator (Figuur 57) en de scharnierbout van de
alternator is bevestigd.
4. Plaats een rolkoevoet tussen de wisselstroomdynamo
en de motor en wrik de wisselstroomdynamo los.
5. Als de juiste spanning is verkregen, draait u de
wisselstroomdynamo, de beugel en de ankerbouten
vast om de afstelling te borgen.
Drijfriemen van maaimessen
vervangen
Onderhoudsinterval: Om de 50 bedrijfsuren
De drijfriemen van de maaimessen, die wordt gespannen
door de veerbelaste spanpoelie, zijn vervaardigd van
3. Beugel
zeer duurzaam materiaal. De riemen zullen echter na
vele bedrijfsuren tekenen van slijtage gaan vertonen.
Tekenen dat een riem aan het slijten is zijn: gieren tijdens
het draaien van de riem, als de messen slippen tijdens
het maaien, slechte maaikwaliteit, gerafelde randen,
schroeiplekken en scheuren. Vervang de riemen als u
deze zaken constateert.
1. Zet het maaidek op de maaihoogte van 2,5 cm,
zet de gashendel op Langzaam, schakel de motor
uit, stel de parkeerrem in werking en verwijder het
contactsleuteltje.
2. Verwijder de drijfriemkappen die boven op het
maaidek zitten. Zet de drijfriemkappen weg.
3. Trek de spanpoelie weg van de bovenste drijfriem
(Figuur 58) om deze te ontspannen en laat de
drijfriem loskomen van de poelies.Gebruik hiervoor
een onderbrekerstang of soortgelijk gereedschap.
1. Bovenste riem
2. Bovenste spanpoelie
4. Leg de nieuwe riem rond de poelie van de
tandwielkast, de onderste aspoelies en de spanpoelie,
zoals wordt getoond in Figuur 58.
5. Leg de nieuwe riem rond de bovenste aspoelies en
de spanpoelie, zoals wordt getoond in Figuur 58.
6. Smeer het dek volledig en de smeerpunten van de
aandrijving van het dek.
7. Plaats de drijfriemkappen terug.
57
Figuur 58
3. Onderste riem
4. Onderste spanpoelie