3. Kies de opening in de maaihoogtebeugel die
correspondeert met de gewenste maaihoogtestand,
en steek de pen daarin (Figuur 16).
Opmerking: Er zijn vier rijen met openingen
(Figuur 16). In de bovenste rij vindt u de maaihoogte
die staat aangegeven boven de pen. De tweede rij
is voor de aangegeven maaihoogte plus 6 mm. De
derde rij is voor de aangegeven maaihoogte plus
12 mm. De onderste rij is voor de aangegeven
maaihoogte plus 18 mm. Voor de 15,8 cm is slechts
één opening, die zich in de tweede rij bevindt.
Hiermee wordt de 15,8 cm stand niet verhoogd.
Figuur 16
1. Aanslagpen
4. Stel de antiscalpeerrollen en glijders naar wens af.
De glijder(s) afstellen
Monteer de glijders in de laagste stand als de machine
wordt gebruikt bij een maaihoogte van meer dan 64 mm
en in de hoogste stand als de machine wordt gebruikt
bij een maaistand van minder dan 64 mm.
Opmerking: Bij een Guardian
versleten glijders omdraaien en op de andere kant van
het maaidek monteren. Hierdoor kunt u de glijders
langer gebruiken voordat u deze moet vervangen.
1. Schakel de aftakas uit en stel de parkeerrem in
werking.
2. Zet de gashendel op Langzaam, schakel de motor
uit, verwijder het contactsleuteltje en wacht totdat
alle bewegende delen tot stilstand zijn gekomen
voordat u de bestuurdersstoel verlaat.
®
maaidek kunt u
3. Draai de schroef op de voorkant van elke glijder los
(2 glijders op een Guardian-maaidek een 1 glijder op
een maaidek met zijafvoer).
1. Schroef
2. Flensbout
4. Verwijder de flensbout en de moeren van elke
glijder.
5. Zet de glijders in de gewenste stand en zet ze vast
met de flensbouten en de moeren.
Opmerking: Gebruik uitsluitend de bovenste of
middelste openingen om de glijders af te stellen. De
onderste openingen worden gebruikt als de glijders
op een Guardian-maaidek worden omgewisseld,
waarbij zij de bovenste openingen op de andere kant
van het maaidek worden.
6. Draai de schroef vooraan elke glijder tot 9 à 11 Nm.
Antiscalpeerrollen afstellen
Als u de maaihoogte wijzigt, stel dan de hoogte van de
antiscalpeerrollen in.
1. Schakel de aftakas uit, laat het tractiepedaal los en
stel de parkeerrem in werking.
2. Zet de gashendel op Langzaam, schakel de motor
uit, verwijder het contactsleuteltje en wacht totdat
alle bewegende delen tot stilstand zijn gekomen
voordat u de bestuurdersstoel verlaat.
3. Nadat u de maaihoogte hebt ingesteld, moet u de
flensmoer, de lagerbus, het afstandsstuk en de bout
verwijderen om de rollen in te stellen (Figuur 18).
27
Figuur 17
3. Glijder
4. Moer