De gashendel afstellen
1. Beweeg de gashendel vooruit naar de voorkant van
de opening van de besturingspaneel en vervolgens
ongeveer 3 mm terug naar de vergrendelde
vrijloopstand SNEL.
2. Controleer de stand van de toerenregelaar op
de brandstofinjectiepomp van de motor. De
toerenregelaar moet contact maken met de schroef
die het toerental begrenst als de gashendel zich in de
(vergrendelde) stand SNEL bevindt (Figuur 46).
Figuur 46
1. Gaskabel
2. Schroef voor begrenzing
toerental
3. Indien nodig kan de stand van de kabelborgmoeren
van de gashendel zo aangepast worden dat de
toerenregelaar contact maakt met de schroef die het
toerental begrenst wanneer de gashendel zich in de
(vergrendelde) stand SNEL bevindt (Figuur 46).
4. Zorg ervoor dat de kabelborgmoeren na de afstelling
volledig vastgedraaid worden.
3. Toerenregelaar
4. Kabelborgmoeren
Onderhoud
brandstofsysteem
Opmerking: Zie Brandstoftank vullen voor de
aanbevolen brandstof
GEVAAR
In bepaalde omstandigheden zijn dieselbrandstof
en brandstofdampen uiterst ontvlambaar en
explosief. Brand of explosie van brandstof kan
brandwonden of materiële schade veroorzaken.
• Gebruik een trechter of tuit; brandstof
uitsluitend in de open lucht bij een afgezette
of koude motor bijvullen. Eventueel gemorste
brandstof opnemen.
• Vul de brandstoftank niet helemaal. Vul de
brandstoftank tot aan de onderkant van de
vulbuis.
• Rook nooit wanneer u met brandstof bezig bent
en houd de brandstof weg van open vlammen
of vonken.
• Bewaar de brandstof in schone, veilige en
goedgekeurde containers en zorg dat de dop op
zijn plaats blijft.
Onderhoud van de
waterafscheider
Onderhoudsinterval: Om de 400 bedrijfsuren
Verwijder dagelijks het water of ander vuil uit de
waterafscheider (Figuur 47). Vervang de filterbus om
de 400 bedrijfsuren.
1. Plaats een schone opvangbak onder het
brandstoffilter.
2. Draai de aftapplug onder de filterbus los (Figuur 47).
1. Aftapplug waterafscheider
3. Reinig de omgeving van de plaats waar de filterbus
wordt gemonteerd.
50
Figuur 47