Inhoudsopgave
Advertenties
Pos : 4.5 /KN2006- SM/Aufbau und F unktion/005 1.1 Anschl üss e_Titel @ 9\mod_1144394868217_1.doc @ 86353
4.3 Aansluiting, motorbeveiliging
Pos : 4.6 /KN2006- Proj ekte/H erfor der El ektromotoren- Wer ke/Aufbau und F unktion/005 1.1.0 Ansc hlüss e @ 54\mod_1196341904624_1.doc @ 832892
Voordat de explosieveilig uitgevoerde motor aangesloten wordt, moet worden gecontroleerd:
-
of de informatie op de typeplaat overeekomt met de spanning en frequentie van het
stroomnet
-
of de explosieveilige uitvoering in overeenstemming is met de omgeving waarin de motor in
bedrijf wordt genomen (gasgroep, temperatuurklasse).
De kabels worden via de klemmenkast aangesloten. In de klemmenkast vindt u het elektrische schema
(schakeloverzicht).
Als optie kunnen de motoren i.p.v. met een klemmenkast ook met een uitgelegde motorkabel worden
geleverd ( catalogus).
Pos : 4.7 /KN2006- SM/nL---------- Abschnittsende ---------- @ 8\mod_1141997892953_0.doc @ 75471
Bij gebruik van een stilstandsverwarming dient er via de elektrische besturing voor gezorgd te worden dat de
motorspanning en de verwarmingsspanning niet tegelijkertijd ingeschakeld kunnen zijn.
De motorbeveiliging kan met behulp van een motorbeveiligingsschakelaar of een thermische sensor (PTC,
PTO, PT100) gebeuren.
Bij eentoerige motoren met geïntegreerde ventilator in S1-bedrijf met lichte en niet frequent herhaalde
opstartprocessen waarbij geen wezenlijke startopwarmingen optreden, geldt de motorbeveiligingsschakelaar
als toereikend als enige maatregel voor de naleving van de eisen aan de explosieveilige uitvoering
(temperatuurklasse).
Voor alle van het S1-bedrijf afwijkende bedrijfsmodi is de temperatuurbewaking met een thermische sensor
alleen toegestaan in combinatie met een gecertificeerd activeringsapparaat. Deze activeringsapparaten
moeten volgens de richtlijn 2014/34/EU door een aangemelde instantie gecertificeerd en overeenkomstig
gemarkeerd zijn. De inrichtingen dienen tevens bij de regelmatige controles van de exploitant te worden
gecontroleerd.
Pos : 4.5 /KN2006- SM/Aufbau und F unktion/005 1.1 Anschl üss e_Titel @ 9\mod_1144394868217_1.doc @ 86353
4.4 Specificaties en voorwaarden
De spleetlengtes van de ontstekingsdoorslagveilige spleet van dit bedrijfsmiddel zijn deels langer en de
spleetwijdtes van de ontstekingsdoorslagveilige spleet zijn deels kleiner dan in tabel 2 van EN/IEC 60079-
1:2007 vereist. Informatie over de afmetingen kan bij de fabrikant worden opgevraagd.
Voor de aansluiting van de drukvaste ruimte dienen schroeven met een rekgrens van minimaal 640 n/mm
te worden gebruikt.
Motoren die van een directe temperatuurbewaking voorzien moeten zijn, moeten via een apart
gecertificeerde activeringseenheid te worden bewaakt (zie 4.3)/
Wanneer de draaistroommotor met een externe ventilator wordt gekoeld, dient men ervoor te zorgen dat de
motor alleen bij ingeschakelde externe ventilator kan lopen. De externe ventilatormotor moet aan de EPL Gb
resp. Db voldoen.
Men dient ervoor te zorgen dat de voor de gebruikte componenten toegelaten temperaturen niet worden
overschreden.
Waneer bij de asstomp in ter hoogte van de ventilatorzitting tijdens het nominale bedrijf temperaturen >=
95°C woden bereikt, mogen alleen metalen ventilatoren worden ingezet.
De vastlegging van de elektrische karakteristieken, de temperatuurklasse en het
omgevingstemperatuurbereik van de betreffende uitvoering vindt plaats na een door de fabrikant uitgevoerde
typetest.
2016-04-20
Elektromotoren
Formaat 63 - 225 ATEX / IECEx
Opbouw en functie
2
25
Advertenties
Hoofdstukken
Inhoudsopgave
