Uw toestel aanpassen
Tekens invoeren
Met behulp van de cijfertoetsen kunt u tekens en cijfers invoeren. Aan elke cijfertoets zijn meerdere tekens
toegewezen. (Bijvoorbeeld: A, B en C kunt u invoeren via cijfertoets 1.)
Als u een teken wilt invoeren, drukt u op de bijbehorende cijfertoets totdat het gewenste teken wordt
weergegeven. Als u een ander teken wilt invoeren dat is toegewezen aan dezelfde toets, drukt u eerst op [ ]
om de cursor naar rechts te verplaatsen.
Voorbeeld
Het woord "DESK" voert u als volgt in:
Invoer:
(rechts)
Display:
Zie "Tekensets (Blz. 60)" voor een overzicht van de tekenset.
Tekens verwijderen
Druk op
om het laatst ingevoerde teken te verwijderen.
Wis
Opmerking
•
Houd
Wis
Kiezen van hoofdletter of kleine letter
Druk op
om te kiezen tussen hoofdletter of kleine letter.
A/a
Corrigeren van ingevoerde tekst
Verplaats de cursor met behulp van [ ] en [ ] naar het teken dat u wilt corrigeren. Daarna kunt u de correctie
als volgt doorvoeren:
•
Druk op
Wis
•
Druk telkens op de gewenste cijfertoets totdat het correcte teken verschijnt.
•
Druk op
A/a
58
Bedieningsinstructies
Wis
ingedrukt als u alle ingevoerde tekst wilt verwijderen.
om het teken dat door de cursor wordt gemarkeerd te wissen.
Wis
om hoofdletter of kleine letter te kiezen.
Versie van het document 2013-03