De klemkaken moeten de rolstoelbuis gelijkmatig omsluiten wanneer de klemkaken in gesloten stand staan.
•
Dit moet aan beide kanten gebeuren.
Opmerking: Het aanbevolen aandraaimoment voor schroef A is 50 Nm (Newton).
Figuur 32. Veranderen van de zijwaartse hoek en diepte van de klemkaken.
Instellen van de voorste hoek van de klemkaken ten opzichte van de voorste buizen van de rolstoel. Draai de
•
klemkaken zodat ze evenwijdig zijn met de rolstoelbuizen
Instellen van de diepte van de klemkaken ten opzichte van het apparaat. Pas de klemdiepte aan (bepaalt de
•
afstand van het apparaat tot de rolstoel) om voldoende ruimte te hebben tussen de knieën van de gebruiker en het
apparaat.
Figuur 34. Toont de diepte-instelling van het klemmechanisme ten opzichte van het apparaat.
Opgelet! Het klemmechanisme en de klemhouder moeten volledig contact houden - overschrijd de
dieptelimiet niet om volledig contact te houden tussen de klemhouder en het klemmechanisme.
Voer aan beide zijden uit en zorg ervoor dat de kalibratiemarkeringen voor hoek, rotatie en diepte aan beide zijden
ongeveer gelijk zijn.
Om de klemkaken goed te sluiten, moet het apparaat aan staan.
Om dit te doen, houdt u de aan/uit-knop van de accu ingedrukt tot de aan/uit-indicatoren op de bovenkant van
•
de accu oplichten.
Houd vervolgens de aan/uit-knop van het apparaat 3 seconden ingedrukt om het apparaat op te starten.
•
Versie 10/21
A
Figuur 33. Veranderen van de voorste hoek van de klemkaken.
B
b
Pagina 37 van 55
PAWS UM NL