Zuigkorf reinigen
Onderhoudsinterval: Bij elk gebruik of dagelijks (vaker
bij gebruik van bevochtigbaar poeder)
1. Verwijder de borgveer van de rode aansluitstuk dat is
bevestigd aan de grote slang op de tank.
Figuur 68
1. Zuigkorf
2. Maak de slang los van de tank.
3. Trek de zuigkorf uit de opening.
4. Reinig de zuigkorf met schoon stromend water.
5. Plaats de zuigkorf volledig terug in de opening.
6. Sluit de slang aan op de bovenkant van de tank en
zet deze vast met de borgveer.
Stalling
1. Parkeer de spuitmachine op een horizontaal
oppervlak, stel de parkeerrem in werking, schakel de
pomp uit, zet de motor af en verwijder het sleuteltje
uit het contact.
2. Verwijder vuil en vet van het hele voertuig, inclusief
de buitenkant van de cilinder, de koelribben van de
cilinderkop en de ventilatorbehuizing.
Belangrijk: U kunt het voertuig met een mild
reinigingsmiddel en water wassen. Doe dit
niet met een hogedrukreiniger. Daardoor kan
het elektrische systeem worden beschadigd of
noodzakelijk vet op wrijvingspunten worden
weggespoeld. Gebruik niet te veel water in de
buurt van het bedieningspaneel, de verlichting,
de motor en de accu.
3. Reinig het spuitsysteem; zie het hoofdstuk Reiniging.
4. Giet een roestwerende, niet op alcohol gebaseerde,
RV-antivriesmiddel in het spuitsysteem en stel
de pomp een paar minuten in werking om het
antivriesmiddel door het hele systeem verspreiden;
verwijder daarna de vloeistof zo goed mogelijk uit
het systeem.
5. Controleer de remmen; zie De remmen controleren
in het hoofdstuk Onderhoud van de remmen.
6. Geef het luchtfilter een onderhoudsbeurt; zie
Onderhoud van het luchtfilter in het hoofdstuk
Onderhoud.
7. Smeer de spuitmachine; zie het hoofdstuk Smering.
8. Ververs de carterolie; zie Motoroliepeil controleren
in het hoofdstuk Motoronderhoud.
9. Controleer alle banden en breng deze op spanning;
zie Bandenspanning controleren in het hoofdstuk
Onderhoud van het aandrijfsysteem.
10. Wanneer het voertuig langer dan 30 dagen niet
wordt gebruikt, moet het brandstofsysteem als volgt
worden voorbereid op stalling:
A. Voeg een stabilizer/conditioner op aardoliebasis
toe aan de brandstof in de tank.
Volg de mengvoorschriften van de fabrikant van
de stabilizer op. (8 ml per liter). Gebruik geen
stabilizer op alcoholbasis (ethanol of methanol).
Opmerking: Stabilizer/conditioner werkt het
best als het met verse benzine wordt vermengd
en altijd wordt gebruikt.
B. Laat de motor vijf minuten lopen om de
stabilizer/conditioner door het brandstofsysteem
te verspreiden.
60