Schakel de hoofdvoeding uit als u het systeem langere tijd niet
zal gebruiken. Zolang de schakelaar is ingeschakeld zal het sys-
teem elektriciteit verbruiken. Schakel daarom de hoofdvoeding
uit om energie te besparen. Schakel de hoofdvoeding weer in
6 uur vooraleer het systeem weer in werking te stellen, dit om
een vlotte werking te verzekeren. (Raadpleeg
pagina
4).
Als "
" (REINIGINGSTIJD VOOR HET LUCHTFILTER)
verschijnt
op
het
scherm
servicetechnicus
de
"Onderhoud" op pagina
4).
Gebruik de airconditioner voor geen andere doeleinden.
Gebruik de unit niet voor het koelen van precisie-
instrumenten, voedsel, planten, dieren of kunstwerken, om
kwaliteitsvermindering te voorkomen.
G
EEN STORING VAN DE AIRCONDITIONER
De volgende symptomen zijn geen storingen van de airconditioner.
Het systeem functioneert niet
Het systeem herstart niet meteen nadat de AAN/UIT-toets is
ingedrukt.
Als het WERKINGslampje oplicht staat het systeem in normale
werking.
Het systeem herstart niet meteen omdat één van de beveili-
gingen in werking is gesteld om overbelasting van het systeem
te voorkomen. Het systeem zal na drie minuten automatisch
herstarten.
Het systeem herstart niet meteen als de toets voor
TEMPERATUURINSTELLING terug op de vroegere instelling
wordt ingesteld.
Het systeem herstart niet meteen omdat één van de
beveiligingen in werking is gesteld om overbelasting van het
systeem te voorkomen. Het systeem zal na drie minuten
automatisch herstarten.
Het systeem start niet als "
BESTURING) op het scherm staat. Na het indrukken van de
werkingstoets knippert het scherm een paar seconden lang.
Dit betekent dat het systeem wordt bestuurd of uitgeschakeld
door een andere besturing met hogere prioriteit.
Als het scherm knippert betekent dit dat het systeem niet door
deze binnenunit kan worden bestuurd.
Het systeem start niet meteen nadat de voeding is
ingeschakeld.
Wacht een minuut totdat de microcomputer werkingsklaar is.
De buitenunit is gestopt.
De kamertemperatuur heeft immers de ingestelde temperatuur
bereikt. De unit schakelt over op ventilatorwerking.
"
" (ONDER CENTRALE BESTURING) verschijnt op
het display van de afstandsbediening en de feitelijke werking
verschilt van de instelling van de afstandsbediening.
Bij multisplitmodellen voert de microcomputer de volgende
besturing uit, afhankelijk van de bedrijfsmodus van andere
binnenunits.
FHYBP + FHYCP + FDYP + FBQ + FCQ + FDQ
Split-systeem airconditioners
4PW35399-1
"Onderhoud" op
moet
een
gekwalificeerd
luchtfilters
reinigen.
(Raadpleeg
" (SYMBOOL EXTERNE
-
Voor u de werking begint, is (zijn) de andere binnenunit(s)
al in werking. Wanneer de bedrijfsmodus van deze unit niet
overeenstemt met uw keuze, kan de binnenunit in uw kamer
in de wachtmodus worden geplaatst. (Ventilator: Stop,
Horizontale klep: Horizontale stand)
Uw kamer
Koelen
Koelen
O
Drogen
O
Alleen
O
ventilator
Verwarmen
W
O : uw unit kan werken
W : uw unit in wachtmodus
-
Wanneer de totale koelcapaciteit van alle binnenunits die
in werking zijn groter is dan de capaciteitsbegrenzing van
de buitenunit, wordt uw binnenunit in de wachtmodus
geschakeld. (Ventilator en horizontale klep: Zelfde als
instelling: (uitsluitend voor koelmodel))
-
Nadat de unit in uw kamer in de koelmodus heeft gewerkt,
kan deze unit als volgt beginnen werken wanneer andere
unit(s) beginnen te werken: Ventilator: L-tab, Horizontale
klep: Horizontale stand.
De ventilatorsnelheid is niet die van de instelling. De ventilator-
snelheid verandert niet wanneer u op de regeltoets voor de
ventilatorsnelheid drukt.
Wanneer de kamertemperatuur in de verwarmingsmodus de
ingestelde temperatuur bereikt, is de capaciteitstoevoer van de
buitenunit gestopt en werkt de binnenunit in de modus alleen
ventilator (L-tab). Bij een multisplitsysteem werkt de binnenunit
afwisselend in de ventilatorstopmodus en de modus alleen
ventilator (L-tab).
Dit voorkomt dat rechtstreeks koude lucht op de aanwezigen in
de kamer wordt geblazen.
De luchtblaasrichting is niet gespecificeerd
De huidige luchtblaasrichting is niet zoals aangegeven op de
afstandsbediening.
De automatische zwaai-instelling werkt niet.
Raadpleeg de handleiding van de afstandsbediening.
Er komt witte damp uit een unit
Als de vochtigheidsgraad tijdens het koelen hoog is (op olierijke
of stoffige plaatsen).
Als de binnenkant van een binnenunit extreem vervuild is wordt
de temperatuurspreiding in een kamer aangetast. Daarom is het
nodig om de binnenkant van de binnenunit te reinigen. Raad-
pleeg uw verdeler van Daikin producten voor nadere details over
het reinigen van de unit. Dit moet door een gekwalificeerd
servicetechnicus gebeuren.
Als het systeem na het ONTDOOIEN wordt omgeschakeld in
VERWARMEN.
Het vocht ontstaan door het ONTDOOIEN wordt omgezet in
stoom en komt vrij.
De airconditioner brengt geluiden voort
Na het opstarten van de unit hoort u een "rinkelend" geluid.
U hoort de temperatuurregeling in werking. Na ongeveer een
minuut wordt het stiller.
Er is een constant sissend geluid hoorbaar als het systeem
KOELT of ONTDOOIT.
Dit is het geluid van het koelgas dat door zowel de binnen- als
buitenunits stroomt.
Er is een sissend geluid hoorbaar bij het starten of meteen na
het stoppen van de werking of het ontdooien.
Dit is het geluid van het koelmiddel als gevolg van een
stroomstop of -wijziging.
Bedrijfsstand
Andere kamer(s)
Alleen
Drogen
ventilator
Verwarmen
O
O
O
O
O
O
W
W
Gebruiksaanwijzing
W
W
W
O
3