2. Haal uw vinger onder lichte druk in één beweging over de vingerafdruklezer naar u toe. Til uw vinger
niet op als u deze beweegt.
De vingerafdruklezer onderhouden
De volgende acties kunnen ertoe leiden dat de vingerafdruklezer beschadigd raakt of dat de lezer niet
meer goed werkt:
• Krassen op het oppervlak van de lezer met een hard, gepunt voorwerp.
• Over het oppervlak van de lezer schuren met uw nagel of een hard voorwerp.
• Aanraken of gebruiken van de lezer met een verontreinigde vinger.
In de volgende situaties maakt u het oppervlak van de lezer voorzichtig schoon met een droge, zachte,
vezelvrije doek:
• Als het oppervlak van de lezer vuil of gevlekt is.
• Het oppervlak van de lezer is nat.
• De lezer slaagt er vaak niet in uw vingerafdruk te herkennen.
In de volgende gevallen kunt u uw vinger mogelijk niet gebruiken voor vastleggen en verifiëren van uw
vingerafdruk:
• Als uw vinger gerimpeld is.
• Als uw vinger ruw, droog of verwond is.
• Als er vlekken (aarde, olie etc.) op de vinger zitten.
• Als de huid van uw vinger anders is dan op het moment waarop u uw vingerafdruk hebt geregistreerd.
• Als de vinger nat is.
• Als u een vinger gebruikt die niet is geregistreerd.
Om dit te verbeteren, kunt u het volgende proberen:
23
.
Hoofdstuk 2
Uw tablet gebruiken