9. O
VERZICHT VAN INGANGSNAMEN
Gebruik deze functie voor het weergeven van ingangsnamen (teksten welke ingangen
beschrijven) in uw systeem.
Programmeren van ingangsnamen
1.
Roep menu-optie 9 op.
Ingangen kunnen op twee verschillende manieren worden weergegeven:
Eén tegelijk
of
Als een reeks van
nummers
2.
Vanaf dit display heeft u de volgende mogelijkheden:
Eventuele andere ingangen in de reeks tonen.
Scrol door het overzicht.
De functie verlaten; terugkeer naar het menu.
10. O
VERBRUGGEN INGANG
Gebruik deze functie voor het overbruggen van ingangen en hen zo tijdelijk uit te sluiten
van het systeem. Een ingang wordt overbrugd waneer deze defect is (of ook wel:
verstoord). Door deze te overbruggen voorkomt u dat hij een alarm genereerd, totdat hij
gerepareerd is. U kunt ook ingangen met normale status overbruggen als u hun
ingangsnummer kent.
De overbrugging van een ingang wordt standaard beëindigd wanneer het gebied
waaraan deze is toegewezen, weer uitgeschakeld wordt.
Overbruggen van een ingang
1.
Roep menu-optie 10 op.
Bij
Ingang 1, Deur Achterzijde
Ingangnr:
v.:
Bij
Ingang 1, 2, 3, 4, 5, 6, 7
Ingangnr:
v.:
Optie
Actie
Toets het
gebiednummer in
en dan [ENTER]
Druk op [NEXT]
Druk op [ENTER].