7.3
Hydraulische slangen vastkoppelen
KMG000-076
Om de hydraulische slang correct vast te koppelen, moet de hydraulische slang (1) met een
cijfer of letter worden gekenmerkt.
Om de hydraulische slang correct vast te koppelen, moet de hydraulische slang (1) met een
cijfer of letter worden gekenmerkt.
Hydraulische slangen voor de aansluiting aan een enkelwerkend besturingsapparaat zijn met
een cijfer en het plusteken gekenmerkt, bijv. (1+).
Op de trekker moet een besturingsapparaat worden gebruikt, dat in de neutrale stand tegen
ongewenst neerlaten vergrendeld kan worden.
De trekkerhydrauliek drukloos schakelen.
De machine stoppen en beveiligen,
De verbindingen van de hydraulische snelkoppelaar schoonmaken en drogen.
De hydraulische slang (1+) op een enkelwerkend besturingsapparaat met
vergrendelingsinrichting in neutrale stand, aan de trekker aansluiten.
7.4
Tussenas monteren
Gevaar voor letsel door niet-inachtneming van de gevarenzone van de tussenas
Wanneer de gevarenzone van de tussenas niet in acht wordt genomen, kunnen personen
ernstig letsel oplopen of worden gedood.
Om ongevallen te voorkomen, de gevarenzone van de tussenas in acht nemen,
pagina 17.
AANWIJZING
Trekkerwissel
Wanneer de tussenaslengte bij een trekkerwissel niet wordt gecontroleerd, kan er schade aan
de machine ontstaan.
Om schade aan de machine te vermijden, bij iedere trekkerwissel de tussenaslengte
controleren en evt. corrigeren,
ActiveMow R 280
Originele handleiding 150000862_02_nl
Hydraulische slangen vastkoppelen
zie
pagina 25.
WAARSCHUWING
zie
pagina 40.
Ingebruikneming
zie
7
7.3
45