3.
De lade niet-vouwen wordt gebruikt voor het stapelen van niet-gevouwen pagina's, tot ongeveer 10
bladen. Het kan werken met A1 liggend of A0 bladen; maximale breedte 914 mm. Afdrukken die niet
gevouwen moeten worden, worden op de bovenkant van de lade niet-vouwen geplaatst.
Een taak naar de vouwer verzenden
OPMERKING:
taak verzendt zonder een vouwstijl op te geven, wordt de standaardstijl toegepast. U kunt tikken op het
pictogram
OPMERKING:
vouwstijl.
OPMERKING:
dat in de vouwer wordt gevoerd. De positie van het titelblok moet worden ingesteld in de afdruksoftware die u
gebruikt (eventieel door rotatie).
Om de vouwer te gebruiken, selecteert u deze als volgt bij het verzenden van de taak om af te drukken:
Voorpaneel: tik op het pictogram
●
Bij het afdrukken of kopiëren vanaf een USB-flashdrive kunt u de vouwer selecteren als uitvoerbestemming
en de vouwstijl selecteren.
Printerstuurprogramma: ga naar de printereigenschappen, selecteer het tabblad Lay-out/uitvoer en wijzig
●
de uitvoerbestemming naar Vouwer.
De eerste keer dat u de vouwer gebruikt, moet u de vouwstijlen opgeven die u denkt te gebruiken Om dat
te doen, gaat u naar het voorpaneel en tikt u op het pictogram
NLWW
Als de vouwer is geïnstalleerd, is deze het standaard uitvoerapparaat van de printer. Als u een
om de instellingen voor de vouwer of de standaard vouwstijlen te wijzigen.
Als u taken in de vouwer wilt stapelen zonder deze te vouwen, selecteert u Niet gevouwen als
In de meeste gevallen moet het titelblok (legenda) op de voorste rand van het document staan
en vervolgens op Uitvoerbestemming > Vouwer.
en vervolgens op
HP vouwers 143