Item
Poortconfiguratie
Automatische
onderhandeling
6.
In geval van twijfel of onjuiste configuratie van verbindingsinstellingen, moet u de netwerkparameters
opnieuw naar de fabrieksinstellingen herstellen. Zie
Communicatieproblemen tussen de computer en de printer
Dit kan onder andere de volgende symptomen hebben:
De melding Ontvangen taken verschijnt niet op het voorpaneel wanneer u taken naar de printer hebt
●
verzonden.
Op de computer verschijnt een foutmelding wanneer u probeert af te drukken.
●
De computer of printer loopt vast (blijft inactief) terwijl communicatie plaatsvindt.
●
Afdruktaken komen vast in de print spooler van uw computer.
●
De afgedrukte uitvoer bevat willekeurige of onverklaarbare fouten (onjuist geplaatste lijnen, gedeeltelijk
●
afgedrukte tekeningen, enzovoort).
Zo lost u communicatieproblemen op:
Controleer of de juiste printer is geselecteerd toen u de taak verzond.
●
Controleer of de printer correct werkt wanneer u afdrukt vanuit andere toepassingen.
●
Als de printer op de computer is aangesloten via andere tussenapparaten, zoals switchboxes, bufferboxes,
●
kabeladapters, kabelconvertoren, kunt u proberen hem te gebruiken als de printer rechtstreeks op de
computer is aangesloten.
Probeer een andere kabel te gebruiken.
●
Het ontvangen, verwerken en afdrukken van heel grote bestanden kan lang duren.
●
Als de printer een waarschuwingen of foutmeldingen weergeeft die actie vereisen, neem dan de vereiste
●
actie voordat u probeert af te drukken.
94
Hoofdstuk 4 Netwerken
Beschrijving
Als de printer juist is gekoppeld, heeft dit item een van de volgende waarden:
10BASE-T HALF: 10 Mbps, half-duplex
●
10BASE-T VOLLEDIG: 10 Mbps, full-duplex
●
100TX-HALF: 100 Mbps, half-duplex
●
100TX VOLLEDIG: 100 Mbps, full-duplex
●
1000TX VOLLEDIG
●
Als de printer niet goed is aangesloten, wordt één van de volgende berichten weergegeven:
ONBEKEND: de printer bevindt zich in een initialisatiestatus.
●
GEEN VERBINDING: er is geen netwerkverbinding gevonden. Controleer de netwerkkabels. Configureer
●
de verbindingsinstellingen of start de printer opnieuw.
Geeft aan of automatisch onderhandelen voor verbindingsconfiguratie aan of uit staat.
AAN (standaard): de printer zal zichzelf automatisch op het netwerk configureren op de juiste snelheid
●
en communicatiemodus.
UIT: u moet handmatig de verbindingssnelheid en communicatiemodus met gebruik van het
●
voorpaneel configureren. Uw instellingen moeten overeenkomen met die van het netwerk voor een
goede werking.
Netwerkparameters opnieuw instellen op pagina
93.
NLWW