4.2
Functie van de toetsen
START
Met deze toets kun je een trainingsprogramma starten.
Als je je in het hoofdmenu bevindt, kun je met deze toets zonder verdere invoer
onmiddellijk met de training starten (Quick Start).
Als je je in de pauzemodus bevindt, kun je met deze toets de training voortzetten.
STOP
Met deze toets kun je de training pauzeren of beëindigen en terug naar het
hoofdmenu keren.
SPEED
Met deze toetsen kun je de snelheid instellen. Je kunt de snelheid op vier
verschillende manieren instellen:
1. Via de acht sneltoetsen op de console van de loopband
(18/16/14/12/10/8/6/4). Als je bijvoorbeeld op 14 drukt, versnelt de loopband
automatisch tot precies 14 km/u.
2. Via de toetsen op de console (+ en -)
3. De aanraakfunctie op het scherm.
4. Via de toetsen op de rechter handrail.
Opmerking: Als je op het kleine symbool tussen de individuele toetsen op het
scherm tikt, kun je de snelheid handmatig invoeren.
INCLINE
Met deze toetsen kun je de hellingsgraad instellen. Je kunt de hellingsgraad op
vier verschillende manieren instellen:
1. Via de acht sneltoetsen op de console van de loopband (15/13/11/9/7/5/3/0).
Als je bijvoorbeeld op 13 drukt, wordt de hellingsgraad van de loopband tot
precies 13% verhoogd.
2. Via de pijltoetsen op de console
3. De aanraakfunctie op het scherm (pijltoetsen).
4. Via de toetsen op de rechter handrail.
Opmerking: Als je op het kleine symbool tussen de individuele toetsen op het
scherm tikt, kun je de snelheid handmatig invoeren.
COOL DOWN
Met deze toets start je de "cooldownfase" of afkoelfase". De snelheid en de
hellingsgraad worden langzaam verminderd tot nul.
ENTER
Met deze toets bevestig je je invoer
FITNESS TEST
In het hoofdmenu ga je met deze toets direct naar de fi tnesstest.
PROGRAM
In het hoofdmenu ga je met deze toets naar de zone van de vooringestelde
programma's.
21