6
Bedrijf
6.1
Inbedrijfstelling
6.2
Bedrijfsmodi
6.3
Werkingsprincipe
De volgende belangrijke instellingen werden in de fabriek in de aandrijfelektronica ge-
programmeerd.
● Parameter [P:027] Gasmodus: 0 = zware gassen
● Parameter [P:700] Monitoring van max. opstarttijd: 8 min
● Parameter [P:701] Toerentalinstelling: 80% van het nominale toerental
● Parameter [P:707] Opgenomen toerental instelmodus: 65 % van het nominale toeren-
tal
● Parameter [P:708] Opgenomen vermogen: 100 %
● Parameter [P:720] Toerental beluchting voor vertraagde beluchting: 50% van het no-
minale toerental
● Parameter [P:721] Beluchtingstijd: 3600 s
Bij waterkoeling: Koelwatertoevoer openen en debiet controleren.
Bij spergastoevoer: spergastoevoerklep openen en debiet controleren.
De stroomvoorziening van de netvoeding opnieuw inschakelen.
Gevaar voor vernietiging van de pomp
Het verpompen van gassen met hogere molecuulmassa's in de verkeerde gasmodus
kan leiden tot vernietiging van de pomp.
Controleren of de gasmodus juist is ingesteld.
Voor het gebruik van gassen met grotere molecuulmassa's (>80) Pfeiffer Vacuum
raadplegen.
De volgende bedrijfsmodi zijn mogelijk:
● Bedrijf zonder bedieningssysteem
● Bedrijf via aansluiting "remote"
● Bedrijf via RS-485 en Pfeiffer Vacuum display- en bedieningssystemen of PC
● Bedrijf via veldbus
Gevaar door geopende hoogvacuümflens
De rotor van de turbopomp draait op hoge snelheid. Bij een geopende hoogvacuümf-
lens is er gevaar voor snijwonden en door naar binnen vallende voorwerpen bestaat
het gevaar dat de pomp wordt vernietigd.
De pomp nooit met geopende hoogvacuümflens inschakelen.
LET OP
WAARSCHUWING
Bedrijf
23