P10
Gereserveerd
P11
Gereserveerd
P12
Gereserveerd
P13
Gereserveerd
P14
Gereserveerd
P15
Gereserveerd
P16
Gereserveerd
P17
Maximale opening van het EEV
P18
Manimale opening van het EEV
P19
Gereserveerd
P20
Geforceerde terugwinning van koelmiddel
P21
Gereserveerd
P22
Instellen van de maximale temperatuur in de verwarmingsmodus
P23
Instellen van de minimale temperatuur in de verwarmingsmodus
P24
Instellen van de maximale temperatuur in de koelmodus
P25
Instellen van de minimale temperatuur in de koelmodus
C0
Testmodus
C1
Handmatige compressorfrequentie in testmodus
C2
EEV opent in testmodus
C3
Toerental ventilatormotor in testmodus
SET
IN
NO
ROOM
OUT
SET
IN
NO
ROOM
OUT
SET
IN
NO
ROOM
OUT
h
TEMP
TEMP
h
h
TEMP
MIN
HUM
MIN
HUM
Om de systeemparameters te resetten moet het apparaat worden uitgeschakeld.
MIN
HUM
%
%
%
F
F
F
FAN
AUTO
FAN
AUTO
FAN
AUTO
1. Vérifier que l'appareil est éteint. Is het ingeschakeld, schakel het dan uit.
SET
IN
NO
ROOM
OUT
VALUE
SET
IN
NO
ROOM
OUT
SET
IN
NO
ROOM
OUT
TEMP
h
TEMP
h
h
TEMP
MIN
HUM
MIN
HUM
MIN
HUM
%
%
%
2. Druk op
en
en
F
F
F
1
FAN
AUTO
FAN
AUTO
FAN
AUTO
zet op hun standaardwaarden.
2
3. Druk op
en
en
4. Gebruik
VALUE
VALUE
VALUE
h
h
h
MIN
MIN
MIN
%
%
%
F
F
F
1
1
ON
ON
1
ON
2
VALUE
2
OFF
2
OFF
VALUE
OFF
h
h
h
MIN
MIN
MIN
%
%
%
voor 5 seconden. De gebruikers- en technische parameters worden terugge-
F
F
F
ON
1
ON
1
ON
OFF
2
2
OFF
OFF
voor 3 seconden. De EP rom instellingen worden gereset.
50~480
50~300
OF / ON
35 °C~60 °C
15 °C~25 °C
25 °C~35 °C
2 °C~10 °C
OF / ON
10~120 Hz
60~480
1~150
27
480P
80P
OF
40°C
15°C
28°C
8°C
OF
50 Hz
350P
82