32
UltraView PTZ
Gebruikershandleiding
4. Selecteer 2 om het traject te bewerken (Afbeelding 58).
5. Het traject wordt afgespeeld. Bewerk met de joystick op
elk gewenst moment het traject te bewerken. Vanaf dat
bewerkingspunt worden alleen de nieuwe bewegingen
opgeslagen en gaan alle eerder opgeslagen
trajectbewegingen verloren. Om een traject af te sluiten
zonder de wijzigingen op te slaan, drukt u voordat u de
joystick beweegt op iris -.
6. Als u het bewerken hebt voltooid, druk dan op iris + om
naar het ShadowTour-menu terug te keren.
7. Herhaal de stappen 3 tot en met 6 om andere
schaduwtrajecten te bewerken.
Ga als volgt te werk om een bestaand schaduwtraject af te spelen:
1. Selecteer in het Program select-menu (Programma
selecteren) optie 5.
2. Draai in het PTZ tour programming-menu (PTZ-traject
programmeren) met de joystick naar rechts om naar het
menu te gaan waarin schaduwtrajecten worden
weergegeven (Figure 56 on page 31).
3. Selecteer het traject dat u wilt afspelen.
4. Selecteer 3 om het traject af te spelen (Afbeelding 59).
5. Het traject wordt oneindig afgespeeld totdat een toets
wordt ingedrukt of de joystick wordt bewogen.
6. Druk op iris + om terug te keren naar het PTZ tour
programming-menu (PTZ-traject programmeren).
7. Herhaal de stappen 3 tot en met 6 om andere
schaduwtrajecten af te spelen.
Ga als volgt te werk om een schaduwtraject te verwijderen:
1. Selecteer in het Program select-menu (Programma
selecteren) optie 5.
2. Draai in het PTZ tour programming-menu (PTZ-traject
programmeren) met de joystick naar rechts om naar het
menu te gaan waarin schaduwtrajecten worden
weergegeven (Figure 56 on page 31).
3. Selecteer het te verwijderen traject.
Afbeelding 58.Schaduwtraject bewerken
Afbeelding 59.Schaduwtraject afspelen