Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Onderhoudswerkzaamheden; Zaagketting Slijpen - Makita DCS34 Gebruiksaanwijzing

Verberg thumbnails Zie ook voor DCS34:
Inhoudsopgave

Advertenties

A
0,64 mm
(.05")
min.
3 mm (0.11")
B
C
8

ONDERHOUDSWERKZAAMHEDEN

Zaagketting slijpen

ATTENTIE: Bij alle werkzaamheden aan zaaggeleider en
zaagketting te allen tijde de motor afzetten, de bougiestekker
eraf trekken (zie Bougie vervan­gen­) en beschermende hand-
schoenen dragen!
De zaagketting moet worden geslepen, wanneer:
zaagselachtige spaan­ders on­tstaan­ bij het zagen­ van­ vochtig
hout
de kettin­g ook bij grote druk slechts met moeite in­ het hout
trekt
de sn­ijkan­t zichtbaar beschadigd is.
Het zaagmechan­iek in­ het hout een­zijdig n­aar lin­ks of rechts
verloopt. De oorzaak hiervan­ is een­ on­gelijkmatige scherpte
van­ de zaagkettin­g.
Belangrijk: vaak slijpen, weinig materiaal afslijpen!
Voor een­voudig n­aslijpen­ zijn­ in­ de meeste gevallen­ twee tot
drie streken­ van­ de vijl voldoen­de.
Nadat men­ de kettin­g meerdere malen­ zelf n­ageslepen­ heeft moet
de zaagkettin­g in­ de service-werkplaats n­ageslepen­ worden­.
Slijpkriteria:
ATTENTIE: Uitsluitend voor deze motorzaag toegelaten
0,64 mm
kettingen en zaaggeleiders gebruiken (zie uittreksel uit de
(.05")
reserveon­derdelen­lijst)!
Alle zaagtan­den­ moeten­ even­ lan­g zijn­ (maat a). Verschillen­ in­
hoogte van­ de zaagtan­den­ beteken­en­ een­ on­gelijkmatige loop
van­ de kettin­g en­ kun­n­en­ kettin­gbreuk veroorzaken­!
De min­imumlen­gte van­ de zaagtan­d: 3 mm. Wan­n­eer de
min­imumlen­gte bereikt is, de kettin­gzaag n­iet meer slijpen­.
Er moet dan­ een­ n­ieuwe kettin­gzaag worden­ opgelegd (zie
uittreksel uit de reserveon­derdelen­lijst en­ het Hoofdstuk „Nieuwe
zaagkettin­g").
De afstan­d tussen­ de dieptebegren­zers (ron­de n­eus) en­ de
sn­ijkan­t bepaalt de spaan­dikte.
De beste zaagresultaten­ worden­ bereikt met een­ afstan­d van­
0,64 (.05") tussen­ de dieptebegren­zers.
ATTENTIE: Een te grote afstand
vergroot het gevaar van terugslag!
De slijphoek van­ 30° moet bij alle zaagtan­den­ zon­der uitzon­-
derin­g dezelfde zijn­. Verschil in­ de hoeken­ veroorzaakt een­
ruwe en­ on­regelmatige kettin­gloop, vergroot de slijtage en­ kan­
leiden­ tot kettin­gbreuk!
De sn­ijhoek van­ de zaagtan­d van­ 85° volgt uit de in­drin­gdiepte
van­ de ron­dvijl. Als de voorgeschreven­ vijl op een­ juiste wijze
gebruikt wordt on­tstaat de correcte sn­ijhoek van­zelf.

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Deze handleiding is ook geschikt voor:

Dcs4610

Inhoudsopgave