Onderdelen plaatsen
Voor AHU-toepassingen:
• Veel factoren beïnvloeden verdampingsefficiëntie, met name temperatuur
en stijging van RV. Zorg dat de systeemspecificaties overeenkomen met het
ontwerp.
• Zorg dat het gehele stoomverdeelgedeelte van de
luchtbehandelingsinstallatie is gemaakt van of bekleed met roestvrij staal
om corrosie te voorkomen. Zet dit stoomverdeelstuk af in dezelfde richting
als de luchtstroom naar een afvoer bij of na de eindverdampingsmedia.
• De luchtsnelheid in het gebied moet tussen 250 fpm en 750 fpm (1,3 m/s
en 3,8 m/s) liggen.
• Zorg voor het ontwerp van de waterafvoer.
• Zorg ervoor dat binnenverlichting van buitenaf kan worden geschakeld
(De inschakelstatus moet vanaf de buitenkant herkenbaar zijn).
• Zorg dat het weergavevenster wordt verduisterd.
• Naleving van de gespecificeerde lengte van de bevochtigingsafstand.
• Naleving van de afstanden tot de andere systeemonderdelen.
Voor toepassingen met ventilatorondersteuning (in aanvulling op het
gebiedstype hierboven):
• Houd een hoogte van 18 - 24 in (457 - 610 mm) aan boven de eenheid
voor luchtbeweging vanaf het plafond.
• Houd rekening met de afstand voor werpen en neerzetten getoond op
pagina 19.
• Plaats ventilatoren volgens schema's op pagina 20 en 19. Laat de
spray niet overlappen, anders zal het samenklonteren en op de grond vallen.
• Spoel de spuitmondring door voordat u deze op het
ventilatorondersteuningsapparaat plaatst om bouwafval te verwijderen.
Dit moet worden gedaan zonder dat spuitmonden zijn geïnstalleerd.
Bouwafval kan spuitmonden verstoppen of het sproeipatroon beïnvloeden.
• Zorg dat de oppervlakken zo worden gemonteerd dat ze het gewicht van
het systeem ondersteunen.
• Plaats de ventilator zoals afgebeeld op pagina 20 en 19 met
vermijden van obstakels zoals kanalen, balken, apparatuur, conflicterende
luchtstroom zoals grote deuren, koude-luchtinlaten of ventilatoren. Plaats de
spuitmonden niet bij koude delen in het gebouw omdat condensatie kan
optreden (bijv. ramen, koude leidingen of apparatuur).
• Plaats de ventilatorondersteuning op zo'n manier dat het in de toekomst
onderhouden kan worden.
MAGNEETKLEPPEN
• Voor AHU-toepassingen installeert u de magneetkleppen dicht bij de
spuitmonden voor stoomverdeling.
• Plaats de kleppen waar ze beschut zijn tegen beschadiging.
• Regelkleppen voor stoomverdeling zijn gemonteerd op het pompstation
voor toepassingen met enkel fase en enkele zone.
• Voor een door ventilator ondersteunende stoomverdeling zijn de inlaat en
ontlastklep een constructie die nabij het pompstation is gemonteerd.
14
INSTALLATIE-, BEDIENINGS- EN ONDERHOUDSHANDLEIDING VOOR HOGEDRUKSYSTEEM