®
VLT
AutomationDrive FC 300
Bedieningshandleiding High Power
1-20 Motorverm.
Range:
Afhan-
kelijk
van
groot-
*
te
1-22 Motorspanning
Range:
Afhan-
kelijk
van
groot-
*
te
1-23 Motorfrequentie
Option:
[50]
[60]
1-24 Motorstroom
Range:
Afhan-
kelijk
van
groot-
*
te
Deze parameter kan niet worden gewijzigd terwijl de motor loopt.
Functie:
[0,09-1200 kW]
Stel het nominale motorvermogen in kW in overeenkomstig de
gegevens van het motortypeplaatje. De standaardwaarde komt
overeen met het nominale vermogen van de eenheid.
Deze parameter kan niet worden gewijzigd terwijl de motor
loopt. Deze parameter is zichtbaar op het LCP als par. 0-03 is
ingesteld op
Functie:
[10-1000 V]
Stel de nominale motorspanning in overeenkomstig de gege-
vens van het motortypeplaatje. De standaardwaarde komt over-
een met het nominale vermogen van de eenheid.
Deze parameter kan niet worden gewijzigd terwijl de motor
loopt.
Functie:
Min. – Max. motorfrequentie: 20-1000 Hz.
Stel de motorfrequentie in overeenkomstig de gegevens van het
motortypeplaatje. Als er een andere waarde dan 50 Hz of 60 Hz
is ingesteld, is het noodzakelijk om de belastingonafhankelijke
instellingen in par. 1-50 tot 1-53 te wijzigen. Voor 87 Hz-bedrijf
met 230/400 V-motoren stelt u de gegevens van het motorty-
peplaatje in voor 230 V/50 Hz. Wijzig par. 4-13
hoge begr. [RPM]
toepassing.
*
50 Hz als par. 0-03 =
Internationaal
60 Hz als par. 0-03 =
VS
Functie:
[0,1-10000 A]
Stel de nominale motorstroom in overeenkomstig de gegevens
van het motortypeplaatje. Deze gegevens worden gebruikt voor
de berekening van koppel, thermische motorbeveiliging en der-
gelijke.
MG.33.U1.10 – VLT
®
is een geregistreerd handelsmerk van Danfoss
Internationaal
[0].
en par. 3-03
Max. referentie
4. Programmeren
4
Motorsnelh.
voor de 87 Hz-
75