6. Waarschuwingen en alarmen
Als uitgebreide mechanische remcontrole is
geselecteerd, kan de uitschakeling extern
worden gereset.
ALARM 14, Aardfout:
Er vindt een ontlading plaats van de uitgangs-
fasen naar de aarde, ofwel in de kabel tussen
de frequentieomvormer en de motor of in de
motor zelf.
Schakel de frequentieomvormer uit en hef de
aardfout op.
ALARM 15, Incomplete hardware:
Een gemonteerde optie kan niet worden ver-
werkt door de huidige stuurkaart (hardware of
software).
ALARM 16, Kortsluiting:
6
Er is kortsluiting op de motorklemmen of in de
motor zelf.
Schakel de frequentieomvormer uit en hef de
kortsluiting op.
WAARSCHUWING/ALARM
woordtime-out:
Er is geen communicatie met de frequentie-
omvormer.
Deze waarschuwing zal alleen actief zijn wan-
neer par. 8-04 NIET is ingesteld op
Als par. 8-04 is ingesteld op
er een waarschuwing worden gegeven. Na de
uitlooptijd volgt de uitschakeling, waarbij een
alarm wordt gegeven.
Par. 8-03
gelijk worden verhoogd.
WAARSCHUWING 23, Fout interne ven-
tilator:
De ventilatorwaarschuwingsfunctie is een ex-
tra beveiliging die controleert of de ventilator
actief/gemonteerd is. De ventilatorwaarschu-
wing kan worden uitgeschakeld via par. 14-53
Ventilatorbew
WAARSCHUWING 24, Fout externe ven-
tilator:
De ventilatorwaarschuwingsfunctie is een ex-
tra beveiliging die controleert of de ventilator
actief/gemonteerd is. De ventilatorwaarschu-
wing kan worden uitgeschakeld via par. 14-53
Ventilatorbew
WAARSCHUWING 25, Kortsluiting rem-
weerstand:
De remweerstand wordt bewaakt tijdens be-
drijf. Als er kortsluiting optreedt, wordt de
remfunctie gestopt en een waarschuwing ge-
geven. De frequentieomvormer functioneert
nog wel, zij het zonder de remfunctie. Schakel
de frequentieomvormer uit en vervang de
remweerstand (zie par. 2-15
128
17,
Stuur-
Uit
.
Stop en uitsch.
Time-out-tijd stuurwoord
kan mo-
Uitgesch
. (ingesteld op
. [0]).
. (ingesteld op
Uitgesch
. [0]).
Remtest
).
MG.33.U1.10 – VLT
ALARM/WAARSCHUWING 26, Vermo-
gensbegrenzing remweerstand:
Het vermogen dat naar de remweerstand
wordt overgebracht, wordt berekend als een
percentage, als gemiddelde waarde over de
laatste 120 s, op basis van de weerstands-
waarde van de remweerstand (par. 2-11) en
de tussenkringspanning. De waarschuwing
wordt gegeven wanneer het afgegeven rem-
vermogen hoger is dan 90%. Als
geselecteerd in par. 2-13 schakelt de frequen-
tieomvormer uit en wordt een alarm gegeven
wanneer het afgegeven remvermogen hoger
is dan 100%.
ALARM/WAARSCHUWING
chopperfout:
De remtransistor wordt bewaakt tijdens be-
drijf en bij kortsluiting wordt de remfunctie
afgeschakeld en de waarschuwing weergege-
ven. De frequentieomvormer blijft nog wel ac-
tief, maar door de kortsluiting van de rem-
transistor gaat veel vermogen naar de
remweerstand, ook als deze niet actief is.
Schakel de frequentieomvormer uit en verwij-
der de remweerstand.
Deze waarschuwing/dit alarm kan zich ook
voordoen bij oververhitting van de remweer-
zal
stand. De klemmen 104 tot 106 zijn beschik-
baar als remweerstand. Zie de sectie
ratuurschakelaar remweerstand
tie over Klixon-ingangen.
Waarschuwing: het risico be-
staat dat in geval van kortslui-
ting van de remtransistor een
aanzienlijke hoeveelheid ener-
gie wordt overgebracht naar de
remweerstand.
ALARM/WAARSCHUWING 28, Remtest
mislukt:
Remweerstandsfout: de remweerstand is niet
aangesloten of werkt niet.
ALARM 29, Overtemperatuur omvormer:
Als de behuizing IP 20 of IP 21/Type 1 is, is
de uitschakeltemperatuur van het koellichaam
95 °C ± 5 °C. De temperatuurfout kan pas
worden gereset wanneer de temperatuur van
het koellichaam onder de 70 °C ± 5 °C is ge-
zakt.
De fout kan worden veroorzaakt door:
-
Te hoge omgevingstemperatuur
-
Te lange motorkabel
®
is een geregistreerd handelsmerk van Danfoss
®
VLT
AutomationDrive FC 300
Bedieningshandleiding High Power
Uitsch
. [2] is
27,
Rem-
Tempe-
voor informa-