®
VLT
AutomationDrive FC 300
Bedieningshandleiding High Power
Gebruik voor aansluitingen op de afscherming een zo groot mogelijk oppervlak (kabelklem). Dit
kan worden gedaan met behulp van de bijgeleverde installatiemiddelen in de frequentieomvormer.
Kabellengte en dwarsdoorsnede:
De frequentieomvormer is getest met een bepaalde kabellengte en een bepaalde kabeldoorsnede.
Als de doorsnede toeneemt, kan ook de kabelcapaciteit – en daarmee de lekstroom – toenemen
en moet de kabellengte dienovereenkomstig verminderd worden. Houd de motorkabel zo kort
mogelijk om ruisniveau en lekstroom te beperken.
Meer informatie is te vinden in de relevante Design Guide.
Schakelfrequentie:
als frequentieomvormers in combinatie met sinusfilters worden gebruikt om de akoestische ruis
van een motor te beperken, moet de schakelfrequentie worden ingesteld in overeenstemming met
de instructies in par. 14-01.
Klemnr.
1)
Aardverbinding (Protective Earth)
Afbeelding 3.70: Compact IP 00 (Chassis), behui-
zing D3
96
97
98
99
U
V
W
1)
PE
U1
V1
W1
PE
1)
W2
U2
V2
U1
V1
W1
1)
PE
MG.33.U1.10 – VLT
®
is een geregistreerd handelsmerk van Danfoss
Motorspanning 0-100% van netspanning.
3 draden uit motor
Driehoekschakeling
6 draden uit motor
Sterschakeling U2, V2, W2
U2, V2 en W2 moeten afzonderlijk onderling worden
verbonden.
NB!
Bij motoren zonder fase-isola-
tiemateriaal of andere versterk-
te isolatie die geschikt is voor
gebruik met voedingsspanning
(zoals een frequentieomvormer)
moet een sinusfilter worden
aangebracht op de uitgang van
de frequentieomvormer.
Afbeelding 3.71: Compact IP 21 (NEMA 1) en IP
54 (NEMA 12), behuizing D1
3. Installeren
3
49