Inhoudsopgave
Advertenties
Gebruikershandleiding
AANGEPAST PAPIER
Wanneer u geen Epson-media gebruikt, moet u de instellingen kiezen die geschikt zijn voor die media.
Nadat u het papiernummer hebt geselecteerd, stelt u het volgende in.
Zie het volgende gedeelte voor informatie over het instellen van aangepast papier.
"Aangepast papier instellen in de printer" op pagina 100
Item
PAPIERSOORT
DEGELRUIMTE
DIKTEPATROON
SNIJMETHODE
PAPIERTOEV.
AANPASS.
DROOGTIJD
ZUIGDRUK
Parameter
Fotopapier
Proefdrukpapier
Fine Art papier
Mat papier
Gewoon papier
Overig
KLEIN
STANDAARD
GROOT
GROTER
GROOTST
AFDRUKKEN
STANDAARD
DUN PAPIER
DIK PAPIER, SNEL
DIK PAPIER, LANGZ.
0.00%
-0,70% tot +0,70%
0,0 SEC
0,0 SEC tot 10,0 SEC
STANDAARD
-1 tot -4
Uitleg
U kunt het soort medium selecteren.
U kunt de afstand tussen de printkop en het papier
aanpassen.
STANDAARD: in de meeste gevallen selecteert u
STANDAARD
.
KLEIN: kies deze instelling wanneer u afdrukt op dun
papier.
GROOT of GROTER: selecteer deze instelling als de
afdruk vegen vertoont.
GROOTST: kies deze instelling wanneer u afdrukt op dik
papier.
U kunt een patroon afdrukken voor detectie van de
papierdikte.
Hier stelt u de snijmethode in.
Hier stelt u de papiertoevoer in voor het afdrukbare
gebied. U kunt een hoeveelheid instellen van -0,70 tot
0,70%. Bij een te hoge toevoerwaarde kunnen heel fijne
witte horizontale strepen zichtbaar worden. Bij een te
lage toevoerwaarde kunnen heel fijne donkere
horizontale strepen zichtbaar worden.
Hier stelt u voor elke printkoppassage in hoe lang de
inkt moet drogen. U kunt een tijd instellen tussen 0 en 10
seconden. Afhankelijk van de hoeveelheid inkt en de
papiersoort droogt de inkt soms minder snel. Stel in dat
geval een langere droogtijd in.
Hier stelt u de zuigdruk in waarmee het bedrukte papier
wordt doorgevoerd.
Het bedieningspaneel
25
Advertenties
Inhoudsopgave
Probleemoplossen
