3.4. Aansluiten van de kanalen
ä
Waarschuwing!
Bij toepassing van de unit in de gestapelde bouw, moet te allen
tijde terugstroming naar de woning vanuit het centrale
luchtafvoerkanaal worden voorkomen. In dit geval moet een
mechanische terugslagklep in het uitblaaskanaal van de unit te
worden toegepast.
ä
Let op!
Om condensatie te voorkomen, moet het kanaal dat van buiten
komt en het kanaal dat naar buiten gaat tot aan de ventilatie-
unit thermisch en dampdicht worden geïsoleerd.
De Apure Vent D175 is aan de bovenzijde voorzien van twee
kanaaladapters. Elke kanaaladapter beschikt over 2 tuiten voor
aansluiting op kanalen van Ø125 mm of Ø150 mm. Om deze
aansluiting tot stand te brengen zijn 2 EPP-koppelstukken
beschikbaar; deze koppelstukken vereenvoudigen de aansluiting en
brengen een luchtdichte afdichting tussen de ventilatie-unit en de
ventilatiekanalen tot stand.
a) Schuif de 2 EPP-koppelstukken over de tuiten van de
kanaaladapters.
b) Sluit de ventilatiekanalen van de woning aan op de EPP-
koppelstukken.
22
3.4.1. Aanvoerlucht van buiten
Via deze tuit zuigt de ventilatie-unit buitenlucht aan. Dit
kanaal moet thermisch en dampdicht geïsoleerd zijn
om condensatie aan de buitenzijde van het kanaal te
voorkomen. Wanneer de mogelijkheid bestaat dat de
ventilatie in de winter volledig stopt (via de
vorstbeveiliging), moet gebruik worden gemaakt van
een externe voorverwarmer of door het mengen van
warmere lucht uit de woning met de aanvoerlucht van
buiten, waarbij het temperatuur-setpoint op -1 °C moet
staan.
3.4.2. Afvoerlucht naar buiten
Via deze tuit voert de ventilatie-unit de afvoerlucht naar
buiten af. Dit kanaal moet thermisch en dampdicht
geïsoleerd zijn om condensatie aan de binnen- en
buitenzijde van het kanaal te voorkomen. Er wordt
geadviseerd een dakdoorvoer te gebruiken die geen
condensatie- of regenwater binnenlaat. Als dit niet het
geval is, moeten de onderdelen van het kanalensysteem
tussen deze afvoertuit en de dakdoorvoer waterdicht
gemonteerd zijn. De unit voert het eventuele
condenswater via de condensafvoer af.
3.4.3. Aanvoerlucht naar woning
Via deze tuit voert de ventilatie-unit de opgewarmde
lucht naar de woning aan. Voor een optimaal comfort is
het noodzakelijk dat een geluidsdemper in dit kanaal
wordt gemonteerd..
3.4.4. Afvoerlucht uit woning
Via deze tuit zuigt de ventilatie-unit de afvoerlucht uit de
woning af. Dit kanaal hoeft in principe niet thermisch te
worden geïsoleerd. Alleen als de ventilatie-unit buiten
de thermische schil van de woning is geplaatst
(bijvoorbeeld op een ongeïsoleerde zolder), is het wel
aan te raden het kanaal thermisch en dampdicht te
isoleren. Voor een optimaal comfort is het noodzakelijk
dat een geluidsdemper in dit kanaal wordt gemonteerd..