3.2.5. Plafondmontage
ä
Let op!
Bij deze montagewijze heeft de ventilatie-unit een afschot van
minimaal 5° om de condensafvoer goed te laten werken. Het is
belangrijk dat ook de condensslang onder afschot richting de
condensafvoer kan worden gemonteerd.
a) Bevestig de montagebeugel en de plafondbeugel aan het
plafond met pluggen en schroeven van 6 mm (niet
meegeleverd).
575
>125(1)
1) Minimaal vrij te houden ruimte rondom de ventilatie-unit.
2) Installatie zonder vorstklep.
3) Installatie met vorstklep.
4) Hartafstand boorgaten.
ä
Let op!
De ventilatie-unit-adapters schuiven maar op één manier in de
kanaaladapters.
18
425(4)
>125 (1)
b) Schuif de kanaaladapters weer terug op de montagebeugel en
duw de adapters geheel naar links en rechts tegen de aanslag.
c) Plaats de ventilatie-unit enigszins naar voren gekanteld in de
plafondmontagebeugel. In de onderzijde van het EPP-huis zit
een uitsparing waar de beugel precies in past.
d) Kantel de ventilatie-unit naar achteren, zodanig dat de
ventilatie-unit adapters onder de kanaaladapters schuiven.
Zodra de adapters volledig in elkaar zijn geschoven, is een
duidelijke "KLIK" te horen. De unit zit dan vast.