5.5.1
Hydraulische slangen aansluiten
E+S BAG0163.7 01.23
WAARSCHUWING
Gebruik als olieretourleiding alleen DN16-leidingen en kies korte
retourwegen.
Breng het hydraulische systeem alleen op druk, wanneer de vrije
retourleiding correct is aangesloten.
Monteer de meegeleverde koppelingsmoffen op de drukloze
olieretourleiding.
WAARSCHUWING
Infectiegevaar door hydraulische olie die onder hoge druk naar
buiten stroomt!
Bij het aansluiten en loskoppelen van de hydraulische slangen moet
het hydraulische systeem van zowel de tractor als de machine
drukloos zijn!
Raadpleeg bij letsel door hydraulische olie direct een arts.
WAARSCHUWING
Gevaar door onjuist aangesloten hydraulische slangen!
Let bij het aansluiten van de hydraulische slangen op de
kleurcodering op de hydraulische stekers. Zie hiertoe "Hydraulische
aansluitingen", blz. 44.
•
Neem de maximaal toelaatbare bedrijfsdruk van 210 bar in acht.
Controleer of de hydraulische oliën onderling compatibel zijn
•
voordat u de machine op het hydraulische systeem van de
tractor aansluit.
•
Meng geen minerale olie met biologische olie!
•
Steek een of meerdere hydraulische stekers zo ver in de
hydraulische moffen dat ze duidelijk vastklikken.
Controleer of de hydraulische slangen correct zijn aangesloten
•
en goed afdichten.
•
Aangesloten hydraulische slangen
moeten in bochten bij alle bewegingen zonder spanning,
ο
knikken of wrijving soepel meebewegen.
ο
mogen niet langs onderdelen schuren.
1. Zet de bedieningshendel op de tractorregeleenheid in de tractor
in de neutrale stand.
2. Reinig de stekers van de hydraulische slangen voordat u deze
op de tractor aansluit.
3. Sluit de hydraulische slang(en) aan op de regeleenheden van de
tractor.
Opbouw en werking
45