7.4 Toets om de automatische nachtverlaging in of uit
te schakelen
De toets schakelt de automatische nachtverlaging in en uit. Zie
afb.
19
(4).
De automatische nachtverlaging is alleen van belang voor ver-
warmingssystemen die voor deze functie geschikt zijn. Zie para-
graaf
9. Problemen met het product
De lichtbalk
is aan
wanneer de automatische nachtverla-
ging actief is. Zie afb.
19
(3).
Fabrieksinstelling: automatische nachtinstelling is niet actief.
Als u de pomp hebt ingesteld op toerental I, II of III, is het niet
mogelijk om de automatische nachtverlaging te selecteren.
7.5 Toets voor het selecteren van de instelling van de
pomp
Telkens wanneer de toets
wordt ingedrukt, wordt de instelling
van de pomp veranderd. Zie afb.
Een cyclus bestaat uit tien keer de toets indrukken. Zie paragraaf
7.3 Lichtbalken die de instelling van de pomp weergeven
7.6 Automatische nachtverlaging instellen
Als u toerental I, II of III selecteert, is de automatische nachtverla-
ging uitgeschakeld.
U hoeft niet de automatische nachtinstelling opnieuw in te scha-
kelen als de voedingsspanning is uitgeschakeld.
Als de voedingsspanning wordt uitgeschakeld wanneer de pomp
op de curve voor automatische nachtinstelling draait, start de
pomp in normaal bedrijf. Zie paragraaf
duct
opsporen.
De pomp schakelt terug naar de curve voor automatische nacht-
instelling wanneer weer aan de omstandigheden voor automati-
sche nachtinstelling wordt voldaan. Zie paragraaf
van handmatige
zomerstand.
Als het verwarmingssysteem te weinig warmte geeft, controleer
dan of de automatische nachtinstelling is ingeschakeld. Zo ja,
schakel de functie dan uit.
Om te zorgen voor een optimale werking van de automatische
nachtinstelling moet aan de volgende voorwaarden worden vol-
daan:
•
De pomp moet in de aanvoerleiding worden geïnstalleerd. Zie
afb. 21.
•
De boiler moet zijn voorzien van een automatische regeling
van de vloeistoftemperatuur.
Gebruik de automatische nachtinstelling niet wan-
neer de pomp in de retourleiding van het verwar-
mingssysteem is geïnstalleerd.
Afb. 21 Condities voor automatische nachtverlaging
Schakel de automatische nachtverlaging in door op
ken. Zie paragraaf
7.4 Toets om de automatische nachtverlaging
in of uit te
schakelen.
Licht in
laat zien dat de automatische nachtverlaging actief is.
opsporen.
19
(5).
9. Problemen met het pro-
7.7 Instellen
te druk-
7.7 Instellen van handmatige zomerstand
De handmatige zomerstand is beschikbaar vanaf ALPHA2 model
C.
In de handmatige zomerstand wordt de pomp uitgeschakeld om
energie te besparen. Om kalkafzetting en verstopping van de
pomp te voorkomen, wordt de pomp regelmatig voor korte tijd
ingeschakeld. Dit is een alternatief voor het uitschakelen van de
pomp als het risico van kalkafzetting bestaat.
Het risico op kalkafzetting bestaat bij langdurige stil-
stand.
In de handmatige zomerstand wordt de pomp automatisch regel-
matig ingeschakeld op laag toerental om blokkering van de rotor
te voorkomen. Het display wordt uitgeschakeld.
Als zich alarmen voordoen tijdens de handmatige zomerstand,
worden deze niet weergegeven. Als de handmatige zomerstand
weer wordt gedeactiveerd, worden alleen de actuele alarmen
weergegeven.
Als de automatische nachtverlagingsmodus is ingeschakeld voor-
dat de handmatige zomerstand werd ingesteld, gaat de pomp
terug naar de automatische nachtverlagingsmodus na de hand-
matige zomerstand.
7.7.1 Inschakelen van handmatige zomerstand
Activeer de handmatige zomerstand door 3 tot 10 seconden lang
op de toets voor de automatische nachtverlaging te drukken. Zie
afb. 23. De groene lichtbalk knippert snel. Na korte tijd wordt het
display uitgeschakeld en gaat de groene lichtbalk
knipperen.
Afb. 22 Toets voor automatische nachtverlaging
7.7.2 Uitschakelen van handmatige zomerstand
Deactiveer de handmatige zomerstand door op een willekeurige
toets te drukken. De pomp gaat dan terug naar de vorige modus
en instelling.
7.8 Droogloopbeveiliging
De droogloopbeveiliging beschermt de pomp tegen drooglopen
tijdens start en normaal bedrijf. Zie paragraaf
het product
opsporen.
Tijdens de eerste start en in het geval van drooglopen, blijft de
pomp 30 minuten lang werken voordat deze wordt uitgeschakeld.
Gedurende deze periode geeft de pomp de foutcode "E4 - "- -""
weer.
Droogloopbeveiliging is beschikbaar vanaf ALPHA2 model D.
langzaam
9. Problemen met
15